„Het lijkt ons effectief als de plegers van delicten geconfronteerd worden met de ellende die ze hebben veroorzaakt”, stelt algemeen directeur Sjef van Gennip van Reclassering Nederland.De reclassering begint in september een proef met een revalidatiecentrum in de regio Utrecht-Arnhem. Als die succesvol blijkt, wordt de methode landelijk ingevoerd.

De plegers van ernstige verkeersdelicten krijgen geen verzorgende taak in de revalidatiecentra. Ze zullen onderhoudswerkzaamheden verrichten aan bijvoorbeeld de gebouwen en het groen in de directe omgeving.

De reclassering zal wel kijken of er contact mogelijk is tussen verkeersslachtoffers en veroorzakers van ongevallen die een taakstraf hebben gekregen. Van Gennip stelt dat dit afhankelijk is van de medewerking van slachtoffers.

In een reactie laat de organisatie van revalidatiecentra, Revalidatie Nederland, weten „niet afwijzend” tegenover het initiatief van de reclassering te staan. Maar het gaat vooralsnog om oriënterende gesprekken die de reclassering heeft met een revalidatiecentrum, benadrukt directrice Jannie Riteco.

Jaarlijks vallen in het verkeer 800 doden en duizenden gewonden. Een deel van de slachtoffers herstelt na een ongeval in een revalidatiecentrum.

Reclassering Nederland probeert al geruime tijd een verband te leggen tussen werkstraffen en de overtredingen die eraan ten grondslag liggen. Voetbalsupporters die de fout zijn ingegaan, moeten hun taakstraf vaak uitvoeren in de stadions.