Japans bedrijf wekt elektriciteit op uit water
Het Japanse bedrijf Genepax maakte in juni bekend dat het een brandstofcel had ontwikkeld dat alleen gebruikmaakt van water. Het nieuws werd enthousiast onthaald door de wereldmedia, en vervolgens heftig bekritiseerd door wetenschappers. Genepax stond een exclusieve demonstratie toe, die uitermate overtuigend was.
Het in de stad Osaka gevestigde bedrijf doopte de brandstofcel Water Energy System (WES). Het kleine bedrijfje heeft drie werkende prototypes. Tijdens de persconferentie van 12 juni werd nog slechts een grote grijze doos getoond waar journalisten niet in konden kijken, nu toont directeur Ryuzo Takahashi (1974) de brandstofcel zelf.De cel bestaat uit een reeks zogenoemde PEM-membranen (”proton exchange membrane”). Een medewerker van Genepax bevestigt een voltagemeter aan de brandstofcel. Die toont een output van 0 volt. Vervolgens wordt er een kleine hoeveelheid gezuiverd water ingepompt. Binnen korte tijd laat de meter een output zien van 20 volt. De brandstofcel staat volledig geïsoleerd en krijgt geen input van elektriciteit of brandstof.
„De meeste brandstofcellen gebruiken waterstof of methanol”, zegt directeur Ryuzo Takahashi. „Onze brandstofcel heeft alleen water nodig.”
Het geheim ligt in een uitvinding van de Japanner Mitsuru Suematsu (1943). „De PEM-membraan”, aldus Takahashi, „is precies hetzelfde als die in andere brandstofcellen. Vrijwel alles in onze brandstofcel bestaat uit bestaande technologie. Het verschil zit in de katalysators die Suematsu ontwikkelde.”
Suematsu begon rond 1980 over de nieuwe technologie na te denken. In 2004 lukte het hem eindelijk elektriciteit uit water te halen. Hij had echter geld nodig om het rendement te verhogen. Toen die gevonden waren, werd in 2006 Genepax opgericht om de uitvinding te commercialiseren. Het bedrijf heeft nu zes werknemers in dienst en zoekt naar partners voor productie en distributie.
Takahashi zegt dat hij de nieuwe technologie niet verder kan onthullen, omdat ze bedrijfsgeheim is. Wel wil hij kwijt dat een belangrijk onderdeel van de brandstofcel op het ogenblik alleen handmatig in Japan kan worden geproduceerd. „We probeerden het in Zuid-Korea te laten maken, maar daar was onvoldoende technologie en deskundigheid beschikbaar.”
Genepax hoopt volgend jaar 5000 units van 1 kilowatt te kunnen produceren. Dat is vier keer de output van het huidige prototype. „Dat is een generator die voor veel doeleinden gebruikt kan worden”, zegt de directeur.
De prijs staat nog niet vast, maar volgens Takahashi is die vergelijkbaar met de prijs van huidige brandstofcellen.
Het bedrijf werkt inmiddels samen met het kleine autobedrijf Takeoka Jidosha Kogei, gevestigd in de Japanse prefectuur Toyama. Samen ontwikkelen de twee bedrijven een mini-auto met een motor van 600 watt. Deze auto, met de naam Milieu-R, moet volgend jaar beschikbaar zijn.
Als het bedrijfje zijn beloftes kan waarmaken, valt het potentieel van de nieuwe technologie niet te onderschatten. Brandstofcellen worden al enkele jaren gezien als een droomoplossing voor milieu- en energieproblemen. Verscheidene autofabrikanten hebben reeds auto’s met brandstofcelmotoren gemaakt die op waterstof werken. Maar hieraan kleven grote nadelen. Waterstofproductie is vervuilend, energierovend, en vereist tevens de ontwikkeling van een totaal nieuw en kostbaar distributiesysteem. WES zou al deze problemen oplossen.
Het grootste probleem waarmee Genepax nu worstelt, is geloofwaardigheid. De technologie is niet onafhankelijk bevestigd, het bedrijf heeft nog geen product op de markt en wetenschappers beweren dat de technologie onmogelijk kan werken. Het is echter nog niet zo lang geleden dat wetenschappers beweerden dat vliegen onmogelijk was.