Twee zebravinkjes 5 euro
Vogels hebben een betere gezondheid dan mensen. Daar lijkt het in de Barneveldse Markthal in elk geval wel op. Terwijl roken om gezondheidsredenen uit horecagelegenheden is verbannen, mag het wel in de hal waar een kleindierenmarkt wordt gehouden.
In het centrum van Barneveld, een paar minuten lopen van de Oude Kerk, staat de Markthal pal tegenover de Veluwehal. Lang zullen ze elkaars overburen niet meer zijn. De Markthal moet in 2009 verdwijnen. Appartementen en supermarkten brengen meer geld op.Waar de nieuwe hal komt, is nog niet duidelijk, zegt marktmeester Harrie van Ewijk. Een probleem verdwijnt er waarschijnlijk voor de kleindierenmarkt: het zoeken van een parkeerplaats. Vooral in de vakantieweken is het een gekrioel in en om de hal. „De markt wordt elke woensdagmorgen gehouden. We zitten in de zomer aan zo’n 2000 tot 2500 bezoekers per keer.”
„De Barneveldse markt bestaat al zo’n tachtig jaar”, aldus Van Ewijk. „Sinds eind jaren zestig in de Markthal.” Terwijl hij vertelt over zijn werk als marktmeester wordt een klein, verdrietig meisje op zijn kantoortje gebracht. Ze is haar ouders kwijtgeraakt. Even later schalt door de luidsprekers: „Attentie, attentie. Er is een meisje gevonden. Op te halen in het kantoor van de marktmeester.”
Gratis
Er staan zo’n vijftig kramen in de ongeveer 2500 vierkante meter grote hal. Van Ewijk: „’s Morgens doe ik de hallen open en controleer ik de nooduitgangen. Dan komen de handelaren binnendruppelen.” Veel van hen hebben een vaste plek. Er komen ook particulieren. Die betalen een klein bedrag om hier te mogen staan: 1 euro als ze twee kooitjes hebben. Kinderen die een paar konijntjes willen verkopen, mogen dat gratis doen.”
Sommigen verkopende particulieren proberen het onderste uit de kan te halen, anderen verkopen hun beesten aan de eerste de beste gegadigde. Zo verkopen een man en een vrouw een vogelkooi met daarin twee zebravinkjes voor maar 5 euro aan vogelspeciaalzaak De Bosruiter.
In de loop van de tijd is de variëteit aan dieren minder geworden. Dwerggeiten, kippen, konijnen, ganzen, tropische vogels, cavia’s, hamsters, duiven, kwartels; vroeger was het allemaal te koop op de Barneveldse markt.
Inmiddels staat er een oranje bord bij de ingang: ”Verboden aan te voeren watersiervogels, kwartels, fazanten, kippen en honden”. ”En duiven”, aldus het witte bordje dat er onder hangt. Wat dat laatste precies betekent, weet niet elke marktkoopman. „Er worden in deze hal ook duiven- en kippenshows gehouden. Dus ik mag hier best duiven verkopen”, zegt er één. „Ik denk dat dit bordje alleen voor buiten geldt.”
De marktmeester biedt de oplossing. „Door dierziekten in het verleden is het verboden om hier postduiven te verkopen. Sierduiven mogen wel. Sommige mensen vinden een postduif een sierduif. Als de hokken maar schoon zijn, vind ik het prima.” Ook het verbod op de verkoop van kwartels wordt niet al te serieus genomen. Vooral volièrevogels en konijnen zijn nu populair.
Behalve dieren is op de kleindierenmarkt ook alles te vinden wat nodig is voor hun verzorging. Kooien en nachthokken in alle soorten en maten. Grote zakken vogelzaad en trosgierst, maar ook levende insecten en dode muizen als dierenvoer. In een grote diepvries zijn de grijs- en witharige beestjes uitgestald, in zakjes verpakt. Niet zo’n plezierig gezicht. Zestig cent per stuk, bij aankoop van 1000 of meer 15 cent korting. De roze babymuizen kosten een prikkie: 20 cent.
In levende vorm zijn deze beesten duurder. Een kraam verderop zijn ze te koop. Sommige kosten 1 euro per stuk, andere 2,50 euro. Dat is nog altijd een flink stuk goedkoper dan de geelbuikjes van vogelspeciaalzaak De Bosruiter uit het Brabantse Sprundel. Per paar kosten de vogeltjes niet minder dan 325 euro. En zo heel bijzonder zien er niet uit.
Rijstvogel
Dan zijn er altijd goedkoper methodes om aan vogels te komen. De Barnevelder Top wandelt met zijn kleinzoon over de markt. In zijn hand houdt hij een rijstvogel. „Die zat buiten op een bestelbus. Ik kon hem zo pakken. Van wie hij is weet ik niet, dus ik neem hem maar mee voor in mijn volière. Als ik hem niet had gepakt, zou-ie buiten toch doodgaan”, zegt Top. „Hij is niet zo veel waard, hoor.”
Niet alleen dierenartikelen zijn te koop; ook aan de mens wordt gedacht. Tweedehands spullen, schoeisel, kleding, groenten en fruit. Van alles door elkaar. Tussen de uien en de boontjes staat zelfs muizen- en rattengif.
Leuk werk; weinig verdienen
Leuk werk, noemt Martijn Ooijevaar (33) het verkopen op de Barneveldse kleindierenmarkt.
Elke week verkoopt hij daar op een vaste plek zijn vogels. De tijd die hij niet aan zijn vogelhandel besteedt, gaat op aan geld verdienen als verkoopmedewerker bij een bouwmarkt. „Ik woon in Lelystad. Van het geld dat ik op de markt verdien, kan ik de huur op de markt en de brandstofkosten niet betalen.”
Zebravinken, kanaries, parkieten, agapornissen; alles wat de markt biedt en vraagt, koopt Ooijevaar in en verhandelt hij weer. Duur is hij niet, zegt-ie zelf. De duurste vogels, een paartje parkieten, kosten 60 euro.
Ooijevaar staat niet alleen op de Barneveldse, maar ook op andere markten. „In het vogelseizoen, dat loopt van september tot mei, sta ik op jaar- en maandmarkten door het hele land. Gemiddeld twee tot vier keer per week.”
Zelf vogels kweken doet de handelaar niet. „Handelen en kweken gaan niet samen. Vogels moeten rust hebben als ze jongen krijgen. Mijn vogels gaan elke keer mee als ik naar een markt ga; dat is veel te onrustig.”
Eén ding moet hem nog van het hart: „De overheid zegt dat veel vogels moeilijk zijn te houden. Dat is niet waar. De Dierenbescherming probeert het houden van en handelen in vogels tegen te werken. De overheid is daar erg gevoelig voor. Er zijn veel regels waar we ons aan moeten houden,waardoor het werk niet leuker wordt.”
Triptips
Nederlands Pluimveemuseum. Dit museum is echt Barnevelds: de ontwikkeling van ei tot kip staat er centraal. Dit jaar bestaat het museum 25 jaar. Niet alleen belicht het de geschiedenis van een kip en de pluimveehouderij, ook is er aandacht voor de toekomst van de branche. Kinderen kunnen er kuikentjes aaien. Tot 31 oktober herbergt het museum de expositie ”Uit de hoogte”: een verzameling van dertig originele torenhanen. www.pluimveemuseum.nl.
Veluws Museum Nairac. In 1875 vond de toenmalige burgemeester van Barneveld, mr. C. A. Nairac, het tijd voor een gemeentemuseum. Hij richtte een oudheidkamer in met archeologische en andere historische voorwerpen. Naast de vaste collectie zijn er jaarlijks drie wisselexposities te zien. Nu is dat ”Barneveld en de jaren ’50”. Het museum is gehuisvest in De Brouwerij, een karakteristiek zeventiende-eeuws pand in het centrum van Barneveld. www.nairac.nl.
Oude Ambachten en Speelgoed Museum. Niet alleen kijken, ook voelen is in het museum in Terschuur (gemeente Barneveld) toegestaan. Volwassenen mogen het speelgoed weer gebruiken waar ze vroeger mee speelden. Ook zijn er zo’n 150 kleine winkeltjes, kamertjes en werkplaatsen, met oude gereedschappen en attributen uit de vorige eeuw en soms nog ouder: een oude smidse, een scharensliep, een drogisterij, een mandenvlechter, een leerlooier, een slagerij, een drukkerij en talloze andere. www.ambachtenmuseum.nl.