Lauwe kerkgangers en lauwe predikers
„Ook moderne mensen hebben het eeuwige Woord van God nodig. We worden niet opgeroepen om de mensen te geven wat ze willen, maar wat ze nodig hebben.”
Dat zei ds. C. L. Onderdelinden donderdag aan het slot van de zendingsmiddag in het kerkgebouw van de vrije oud gereformeerde gemeente in het Veluwse Oldebroek.De Oldebroekse predikant had in zijn openingswoord gesproken over de lauwe gemeente van Laodicea. „Er was een lauwe godsdienst, niet warm en niet koud. De mensen waren tevreden, maar kenden geen worsteling en geen echte overtuiging. De Heere Jezus dacht anders over hen. Hij zei dat Hij degenen die het Woord, de hel en de hemel niet meer serieus namen uit Zijn mond zou spuwen.” Ds. Onderdelinden wees in dit verband op mensen die hun kerkgang genoeg vinden en anderen die met een lach om hun mond kunnen vertellen over wat ze geestelijk missen. Hij vroeg zich af of er bij hen wel eens een moment is gekomen dat ze het wat het geestelijke betreft allemaal niet meer zo goed wisten.
Ds. Onderdelinden hekelde ook de lauwe predikers, die wel bij de mensen komen en bijhouden hoeveel bezoeken ze hebben afgelegd, maar niet met hen worstelen aan de troon der genade.
Bodem
Ds. B. J. van Boven, predikant van de gereformeerde gemeente te De Valk-Wekerom, sprak over de weduwe te Zarfath, waar Elia heen moest na zijn verblijf aan de beek Krith. De predikant ziet hierin een teken van het soevereine welbehagen van God, die de weduwen in Israël voorbijging.
Ds. Van Boven vermoedt dat God het kruikje van de weduwe niet ineens helemaal gevuld heeft, maar dat ze telkens de bodem weer zag. „De Heere gaf haar geen voorraad, maar ze kreeg precies genoeg. Dat gebeurde opdat ze elke dag zou worstelen aan Gods genadetroon. Elke dag was het een wonder dat er weer olie uit de fles kwam.”
Ds. Van Boven trok de les door naar het geestelijk leven. „De Heere maakt Zijn volk arm. Het volk dat de meerdere Elia kent, wordt niet rijk, maar ziet gedurig de bodem van zijn bestaan, om te leren dat er bij de Heere een overvloed is voor mensen die alles missen.”
Vrede
Ds. B. Reinders, hersteld hervormd predikant te Harskamp, sprak over Naäman. Hij veronderstelde dat de Syrische krijgsoverste de God van Israël had leren kennen, omdat de profeet Elisa tegen hem zei: „Ga heen in vrede.” Ds. Reinders: „Naäman had in zijn leven veel overwinningen behaald, maar hij had verloren van God toen hij onderging in de Jordaan. Toen kwam de vrede voor hem. Goddelozen hebben geen vrede. Ze zijn leeg van God en vol van strijd tegen God.”
Toen Naämans leven veranderde, wilde hij voor de Heere leven, zo zei de predikant. Daarom nam hij aarde mee om een altaar voor de Heere te bouwen. Niet alle dingen waren echter direct duidelijk voor hem. Zou hij in de tempel van een afgod mogen gaan, als de koning het aan hem vroeg? Elisa gaf hem geen rechtstreeks antwoord.
Ds. Reinders verwacht niet dat de generaal het gedaan heeft. „Er zijn verklaarders die stellen dat hij niet in het huis van de afgod hoefde te gaan, omdat de koning kort daarna stierf.”