Ganzen
Ganzen krijgen van het provinciebestuur van Noord-Holland dit jaar alle ruimte. Het doden van de vogels blijft verboden (RD 26-7).
Boeren ondervinden veel last van de grauwe gans, zowel in de landbouw als in de veeteelt. Vele duizenden ganzen doen zich tegoed aan de gewassen. En minder opbrengst betekent minder inkomsten.Dit is nooit eerder zo geweest. Klimaatverandering brengt deze vogels in Nederland. Ze nestelen zich hier bij honderden, ook in Noord-Holland. Toestemming om ze te doden en te vergassen is er niet.
Maar laten onze gedachten niet allereerst uitgaan naar de mogelijkheden om deze vogels te doden. Laten we eerst bedenken of dit voor ons land de straffende hand des Heeren zou kunnen zijn. Laat ieder zich afvragen of hier schuld ligt, dat alles zo gaat. Op de knieën is de beste plaats. Zeker is dat eenieder eten moet van het veld. „De koning zelfs wordt van het veld gediend” (Pred. 5:8).
J. Glas
Mientekade 44
1165 LP Halfweg
Vergeten geld (II)
Met belangstelling las ik wat Erica Verdegaal schreef in de rubriek Kleingeld (RD 19-7). Wat zij zegt over het „cadeau van consumenten” geldt mijns inziens ook voor de Belastingdienst.
Het is echter jammer dat de auteur niet verder gaat na de bewering „stilletjes in eigen zak steken.” Het is immers strafrechtelijk gezien verduistering (art. 321 Sr), zich wederrechtelijk toe-eigenen.
Als die tegoeden regelmatig in eigen zak worden gestoken, zal dat inkomen zijn en wordt het alsdan fiscaal belast. Of het vervalt, voordat het in de eigen zak gaat, bij overlijden aan de erven -ook dezen kunnen benadeeld worden- of aan de Staat der Nederlanden.
Ik zie uit naar een vervolgartikel waarin het „in eigen zak steken” wordt onderbouwd. Wat niet wil zeggen dat Verdegaal geen gelijk heeft.
J. Kelderman
Steegoversloot 74
3311 PR Dordrecht
Geringschatting
Naar aanleiding van het artikel ”Luthers strijd tegen geringschatting doop” (RD 28-7) wil ik het volgende doorgeven. Luther noemt de doop „het bad der wedergeboorte”: aangezien het Woord bij het element komt, wordt het een sacrament, dat wil zeggen: een heilig, goddelijk ding en teken. En aangezien wij gedoopt zijn en daarom vergeving der zonden hebben ontvangen en hierdoor in de christenheid zijn opgenomen, daarom moeten wij ook het andere sacrament, het heilig avondmaal, zo vaak als mogelijk is genieten, aangezien de oude mens in zijn vlees en bloed werkzaam blijft en de duivel en de wereld ons zo veel moeilijkheden en aanvechtingen in de weg leggen en wij vaak moede en mat worden en soms ook struikelen. Daarom zegt Jezus Christus tot ons: „Neem en eet”, enzovoorts. En omdat Hij vergeving der zonden aanbiedt en belooft, kan het niet anders dan door het geloof ontvangen worden. „Voor u gegeven” en „voor u vergoten”, als wilde Hij zeggen: Daarom geef Ik het en beveel u te eten en te drinken, opdat u het zou aannemen en genieten. Wie zich nu dit laat gezegd zijn, en gelooft dat het waar is, die heeft het! Wie dit echter niet gelooft, die heeft niets, als die het zich niet wil laten aanbieden en die niet van dit heilzaam goed wil genieten. De schat is opengedaan en bij ieder voor de deur, ja op de tafel gelegd, maar daar behoort bij te komen dat u het ook aanneemt en er zeker van zijt zoals de woorden het geven, aldus Luther.
W. H. Beij
Berkehof 2
4431 CM ’s-Gravenpolder
Boudewijn
In het artikel ”Nog dagelijks post voor koning Boudewijn” (RD 29-7) komt de volgende passage voor: „Boudewijn was in 1951 zeer jong aan de macht gekomen. Hij was toen amper twintig jaar oud. Zijn vader Leopold III moest afstand doen van de troon, omdat hij in de Tweede Wereldoorlog met de Duitse bezetter had meegewerkt.”
In de laatste zin uit deze passage wordt een historische onwaarheid gebezigd. Een meerderheid van de Belgische bevolking alsmede een meerderheid van de Belgische volksvertegenwoordiging had zich in 1950 uitdrukkelijk uitgesproken ten gunste van een terugkeer van koning Leopold III op de Belgische troon. Hij was dus de wettige door die meerderheid erkende en gesteunde vorst. Echter, een revolutionaire mars van Waalse muiters naar Brussel onder aanvoering van Paul Henri Spaak, de leider van de sociaaldemocraten, ”frère compagnon” met de leider der communisten, dwong koning Leopold III tot aftreden om verder bloedvergieten te voorkomen.
Overigens heeft koning Leopold III tijdens de Duitse bezetting niet met de bezetter meegewerkt. Hij is in 1940 niet met het toen aan het bewind zijnde kabinet-Pierlot naar Engeland uitgeweken, omdat hij als opperbevelhebber van de Belgische strijdkrachten die in krijgsgevangenschap verkerende strijdkrachten niet in de steek wilde laten.
Drs. F. A. J. Th. Kalberg
Baron van Ghentlaan 28
2253 TL Voorschoten