WTO dicht bij afronding „substantiële mijlpaal”
De onderhandelingen binnen de Wereldhandelsorganisatie (WTO) over een nieuw akkoord naderen volgens WTO-topman Pascal Lamy de afronding. „We zijn dicht bij de afronding van een heel substantiële mijlpaal. Laten we dat kleine stukje naar de top nu ook nog nemen”, sprak Lamy maandag de onderhandelende ministers toe.
De onderhandelingen kwamen afgelopen weekeinde in een stroomversnelling met een voorlopig compromis over landbouw en industrie en positieve discussies over de hervorming van de dienstenmarkten.Maandag deden verschillende landen echter hard hun best het optimisme te temperen. Zo verzetten China en India zich hevig tegen de openstelling van verschillende industriële sectoren, zoals de machinebouw en de chemie. Volgens de Amerikaanse onderhandelaar David Shark brengen beide landen de onderhandelingen hiermee in groot gevaar. „Als deze twee leden hun koers niet veranderen, verlaat iedereen Genève met lege handen”, aldus Shark.
Niet alleen de opkomende economieën liggen dwars. Ook de Franse regering noemde de huidige voorstellen, die voorzien in een scherpe afname van de Europese landbouwsubsidies, maandag „onacceptabel.” De Fransen eisen in ruil voor de lagere subsidies meer wereldwijde bescherming van streekgebonden producten, zoals champagne en cognac.
Ook de voortslepende ’bananenoorlog’ kan roet in het eten gooien. Vertegenwoordigers van Afrikaanse en Caraïbische landen verlieten maandag demonstratief een vergadering van alle 153 WTO-leden op het moment dat een aanpassing van de Europese tarieven voor Latijns-Amerikaanse bananen werd besproken. De ex-koloniën uit Afrika en de Caraïben, die hun bananen zonder tarieven naar Europa mogen verschepen, vrezen grote concurrentie van de landen uit Zuid- en Midden-Amerika als de EU de importtarieven op bananen uit die landen afbouwt.
Toch is ook staatssecretaris Heemskerk van Economische Zaken net als WTO-topman Lamy voorzichtig positief gestemd over de gesprekken over vrijhandel. Wel ziet ook Heemskerk de bezwaren van landen als Argentinië, Frankrijk, India, Venezuela en Zuid-Afrika. Hij noemt het „afbreken van barrières voor grensoverschrijdende dienstverlening” belangrijk voor Nederland met zijn sterke dienstensector.
Verdere onderhandelingen tussen de belangrijkste dertig partijen moeten uiterlijk morgen leiden tot een allesomvattend handelsakkoord. Dat akkoord moet vervolgens worden voorgelegd aan alle 153 leden van de WTO, die allemaal de mogelijkheid hebben het met een veto te blokkeren.
Een nieuw akkoord over verdere liberalisering van de wereldhandel is voor Nederland van levensbelang, aldus Winand Quaedvlieg, secretaris internationale economische zaken van werkgeversorganisatie VNO-NCW.
„Je praat dan echt over heel grote bedragen. Nederland is zó open dat een kleine groei van de wereldhandel direct heel veel banen oplevert. Voor exporteurs levert de afschaffing van importtarieven een voordeel van tientallen miljoenen euro’s op. Vooral in de voedingsmiddelenindustrie en in de chemie is veel winst te halen.”
Behalve de afschaffing van handelsverstorende importtarieven, die de prijzen van grondstoffen kunstmatig hoog houden, heeft Nederland volgens Quaedvlieg veel te winnen bij de liberalisering van internationale dienstenmarkten, zoals financiële diensten en transport.
„Het is vaak nog heel lastig om een bank in het buitenland te openen, veel landen stellen bijvoorbeeld de meest onmogelijke eisen over diploma’s. Of kijk naar koeriersdiensten, dat zijn in veel landen nog beschermde semioverheidsbedrijven.”
Ook de vereenvoudiging van douaneprocedures en betere regels voor het vaststellen van dumping, het onder de kostprijs lozen van artikelen op buitenlandse markten, zijn volgens Quaedvlieg zaken die het leven van de Nederlandse exporteurs een stuk aangenamer gaan maken.
Volgens Quaedvlieg is het een goed teken dat de onderhandelingen, die vorige week maandag begonnen, zo lang duren. „Dan wordt er tenminste serieus gepraat. Crisisberichten zijn ook niet alarmerend, die heb je nodig om tot een gunstig resultaat te kunnen komen.”