Een Jordaanse functionaris zei dinsdag dat de arrestanten Jordaniërs van Palestijnse afkomst zijn, die deel uitmaken van islamitische groepen met radicale anti-Amerikaanse opvattingen. Enkelen zijn na verhoor vastgehouden, anderen zijn vrijgelaten. Niemand is in staat van beschuldiging gesteld.

De 60-jarige Foley, een medewerker van het Amerikaanse Bureau voor Internationale Ontwikkeling, werd maandag voor zijn woning in Amman doodgeschoten. Volgens een medewerker van de Jordaanse veiligheidsdienst was Foley minstens zevenmaal geraakt in hoofd en borst. Hij overleed ter plekke.

De dood van Foley, de eerste doelbewuste moord op een Amerikaanse diplomaat in Amman in decennia, schokte de diplomatieke gemeenschap in de Jordaanse hoofdstad. In het Libanese Beiroet veronderstelde de krant An-Nahar dat de moord het werk is van „slapende cellen van al-Qaida die met aanslagen op Amerikaanse doelen hebben gedreigd.”

De Jordaanse autoriteiten hebben een verklaring van Shurafaa’ al-Urdun (Rechtschapenen van Jordanië) dat de organisatie verantwoordelijk is voor de aanslag, van de hand gewezen. De groep, die volgens de Jordaanse politie niet bestaat, zegt in een verklaring in een Arabische krant in Londen dat zij Foley heeft vermoord uit protest tegen de Amerikaanse steun voor Israël en „het bloedvergieten in Irak en Afghanistan.”

De groep eiste vorig jaar de verantwoordelijkheid op voor de moord op de Israëlische zakenman Jitschak Snir, niet ver van de plek waar Foley is doodgeschoten. Volgens de politie was die moord het werk van criminelen.

Jordanië ontkent dat er al-Qaida-cellen in het land actief zijn.