Biotrend in Amerika traag maar gestaag
Sinds enkele dagen is het officieel: biologische voedingsmiddelen zijn formeel erkend door de Amerikaanse overheid. De producten mogen zelfs een speciaal etiket voeren.
„Mensen kunnen nu een bewuste keuze maken door levensmiddelen te kopen die niet zijn bewerkt met stoffen die de lucht, het water en de grond vervuilen”, aldus Nora Pouillon. Zij is eigenaresse van ”Nora’s”, een restaurant in Washington (DC) dat naar haar zeggen het eerste volledig biologische eethuis in de Verenigde Staten is.
Het ministerie van Landbouw kwam begin vorige week met een officieel etiket waarbinnen drie graderingen van ”organic” oftewel biologisch worden erkend. Men kent ”100 procent biologisch”, waarbij de desbetreffende producten gegarandeerd volledig vrij zijn van chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest.
Alleen ”biologisch” garandeert 95 procent zuiverheid. Tot slot is er nog de categorie ”geproduceerd met organische ingrediënten”. Deze laatste categorie is 70 procent of minder biologisch zuiver. Het heeft ruim tien jaar geduurd voordat Washington het predikaat ”biologisch” officieel wilde erkennen.
Aanvankelijk werden de pleitbezorgers van biologische voedingsmiddelen door de Amerikaanse consument argwanend en door de overheid met een zekere vijandigheid bekeken. „Het was een nieuwe beweging van voornamelijk milieuactivisten die in Washington geen grote populariteit genoot. En de consumenten waren ook vaak moeilijk te overtuigen van het nut van biologische producten, vooral omdat deze veel duurder zijn dan wat er in de meeste winkels op de schappen ligt”, zo vertelt Karen Anderson, directrice van de Northeast Organic Farming Association in New Jersey.
De verkoop van biologische voedingsmiddelen is de laatste jaren in de VS aanzienlijk gegroeid, maar het is overdreven om te beweren dat deze trend inmiddels een hoge vlucht heeft genomen. In New Jersey (met 21.277 vierkante kilometer ruim 62 procent van de oppervlakte van Nederland) beslaat bijvoorbeeld het totale oppervlak aan landbouwgrond dat wordt gebruikt voor de teelt van biologische producten 880 hectare. Daar staan 11.760 hectaren tegenover die gebruikt worden voor de verbouw van groente en fruit en een totale landbouwoppervlakte van 332.000 hectaren voor alle landbouwproducten samen.
„Toegegeven, de biologische landbouw hier in de VS staat nog in de kinderschoenen. De cijfers tonen dat duidelijk aan. Daar staat overigens een voordeel tegenover. De biologische sector was en is nog steeds zo duidelijk geen enkele bedreiging voor de -laten wij zeggen- gewone landbouw, dat de machtige landbouwlobby in Washington ons volkomen ongemoeid heeft gelaten. Dat was de afgelopen jaren belangrijk, want deze groep heeft veel invloed in het Congres”, aldus Richard Wiles, vice-voorzitter van de Environmental Working Group, die het gebruik van biologische voedingsmiddelen propageert.
De belangrijkste argumenten die voor de consument naar voren gebracht worden zijn de versheid en de smaak van de biologische producten, het gezondheidsaspect en het feit dat de biologische landbouw milieuvriendelijk is. Het laatste is voor boeren die willen overschakelen op biologische producten overigens juist een van de hindernissen. „De overheid eist dat land drie jaar braak ligt voordat men er met biologische producten kan beginnen. Dat is voor veel boeren een handicap”, zo meent Patrick Mullen van het ministerie van Landbouw van New Jersey.
Daarom beginnen sommige boeren klein. Joe Ruggieri in Hopewell (New Jersey) heeft 4 van zijn 43 hectare braak laten liggen. De afgelopen weken verkocht hij nog haricots verts (Franse bonen) voor een dollar per pond. Volgend jaar zal hij z’n eerste biologische bonen verkopen voor het zesvoudige. „Die prijs lijkt natuurlijk erg aantrekkelijk en veel milieubewuste mensen zijn tegenwoordig bereid zulke prijzen te betalen, maar daar staan ook hogere productiekosten tegenover”, aldus Ruggieri.
Hij werd geïnspireerd tot de biologische teelt door zijn buurvrouw Pam Flory. Die is bedrijfsleider op de boerderij van Seward Johnson, een van de erfgenamen van de oprichters van Johnson & Johnson. Seward Johnson en zijn vrouw wilden een exclusief restaurant beginnen en kozen -op aanraden van hun chef-kok- voor verse, biologische producten.
Aangezien veel biologische producten aan smaak verliezen als zij over grotere afstanden vervoerd worden, besloot Johnson zelf biologisch te gaan produceren, waarvoor hij de hulp inriep van Pam Flory. De boerderij draait nu nog met verlies, maar Flory en Johnson gaan ervan uit dat hun biologische teelt over drie jaar winst zal opleveren.
„Johnson is niet de enige rijkaard die zich uit liefhebberij op de biologische landbouw stort. Je ziet dat ook veel kopers van biologische producten tot de welgestelden behoren die zich de hogere prijzen kunnen veroorloven. Maar langzaamaan zie je dat steeds meer gewone boeren ook overgaan op biologisch en tegelijkertijd zie je ook steeds meer consumenten biologische producten kopen. Het is een trage maar gestage ontwikkeling. Het zal echter nog heel lang duren voordat alle bestrijdingsmiddelen en kunstmest uit onze landbouw verdwenen zullen zijn”, zo verzucht Richard Wiles.