„Kloof burger-EU-beleid niet overbrugd”
Drie jaar na het Nederlandse ”nee” tegen de EU-grondwet heeft het parlement ”ja” gezegd tegen het nieuwe EU-verdrag. De goedkeuringsprocedure werd dinsdag officieel afgerond. Dr. Mendeltje van Keulen: „De kloof tussen burgers en politiek is nog niet overbrugd.”
Liep de goedkeuring van de Europese grondwet in 2005 nog spaak door het referendum, de opvolger van de constitutie haalde in Nederland ongeschonden de eindstreep. De Tweede Kamer stemde er in juni mee in, de Eerste Kamer volgde dinsdag.Van Keulen, wetenschappelijk medewerker van Clingendael, volgde de ratificatieprocedure nauwlettend. Haar viel vooral op dat het kabinet en de coalitiepartijen een „consistente” lijn volgden. „Ze hebben vooral benadrukt dat het nieuwe EU-verdrag een andere vorm heeft dan het grondwettelijk verdrag. Die strategie is geslaagd.”
De coalitiepartijen PvdA en ChristenUnie gebruikten daarbij het advies van de Raad van State over het nieuwe Europese Verdrag van Lissabon als „reddingsboei.” De raad stelde dat het verdrag zich „kenmerkend” onderscheidt van de verworpen constitutie. Koren op de molen van de ChristenUnie, die tegen de EU-grondwet was. Ook de PvdA werd bediend: een nieuw referendum was volgens de Raad van State niet nodig. De sociaaldemocraten hadden er in hun verkiezingsprogramma wel een beloofd.
Is het Verdrag van Lissabon nu echt anders dan de verworpen grondwet?
„Het is een kwestie van perspectief. Inhoudelijk zijn er veel overeenkomsten tussen beide documenten. Maar als je de nadruk legt op de uitstraling, is het een andersoortig verdrag. De Europese vlag en het volkslied komen er bijvoorbeeld niet meer in voor. Volgens het kabinet waren de burgers vooral bezorgd over de uitstraling. Dat de EU meer bevoegdheden krijgt, bijvoorbeeld op klimaat- en energieterrein, zou de burgers juist aanspreken.”
Was het referendum in 2005 verstandig?
„De volksraadpleging moest het debat over Europa een impuls geven. Dat is absoluut gelukt. Nog nooit was er zo veel aandacht voor Europa.”
Had er een tweede referendum moeten komen?
„Het kabinet heeft op grond van het advies van de Raad van State geoordeeld dat dat niet nodig was. Door het besluit niet opnieuw een referendum te houden, is het vertrouwen in de politiek vermoedelijk niet gegroeid. De regering heeft daarmee immers de indruk gewekt dat het de burgers, uit angst voor een tegenstem, niet nog eens wilde raadplegen.
Premier Balkenende stond voor een dilemma: de publieke opinie inzake Europa kan niet langer worden veronachtzaamd, maar de EU heeft ook een nieuw verdrag nodig. De consequentie van de prioriteit voor het Europese proces van verdragsherziening is dat men aan het herstel van het kwetsbare draagvlak voor Europa vooralsnog niet is toegekomen. De kloof tussen burgers en politiek is in dat opzicht nog niet overbrugd.”
De Kamer heeft een inspraak- en een verantwoordingsronde gehouden om burgers te betrekken bij het nieuwe EU-verdrag. Nuttig?
„Er is niet veel op tegen. Maar politici kunnen beter EU-debatten spannender maken. Ze moeten stevig stelling nemen ten aanzien van Europese voorstellen en daarover naar buiten treden. Net zoals ze dat bijvoorbeeld doen in de discussie over het ontslagrecht. Al blijft het lastig voor politici, want met Europese thema’s kunnen ze zich niet echt profileren in de media.”
Nederland is nu akkoord met het nieuwe EU-verdrag. In Ierland, Polen, Tsjechië, Duitsland en Oostenrijk zijn problemen met de ratificatie. Komt dat verdrag er wel?
„Die kans lijkt me groot. Naast de lopende juridische procedures mag alleen in Ierland de bevolking zich waarschijnlijk nog eens uitspreken over het Verdrag van Lissabon. En in geval het verdrag nog wordt gewijzigd, misschien ook in Oostenrijk. Maar als het aan de politieke leiders ligt, komt het verdrag er zeker. Als dat niet zou lukken, zou dat voor hen een grote afgang zijn.”