De mythe van Japans energiebeleid
De G-8-top op het Japanse eiland Hokkaido heeft het energiebeleid van het Aziatische land op de voorpagina’s gezet van media over de hele wereld. Kranten spreken met bewondering over de aanpak. Het land slaat zichzelf ook trots op de borst. Japan zou de weg weten naar een milieuvriendelijkere wereld. Maar verborgen onder al deze lof ligt een verbazingwekkende realiteit.
Japan heeft zijn imago van wereldleider op energiegebied voornamelijk te danken aan het Kyotoprotocol. Dat de Japanse overheid Kyoto echter nooit hard heeft gesteund, is buiten Japan nauwelijks bekend. Voormalig premier Koizumi stond lange tijd zelfs op het punt om Japan terug te trekken uit de overeenkomst om daarmee de Amerikanen te behagen. Dat is uiteindelijk niet gebeurd, maar niettemin heeft Japan heel weinig gedaan om de doelen van Kyoto na te komen.In plaats daarvan heeft het land een beleid gelanceerd dat maatregelen voornamelijk overlaat aan de privésector. Het wist op de tweede dag van de G-8-top andere landen zelfs te overtuigen dat deze strategie beter zou zijn dan strenge beperkingen van bovenaf. Terwijl de maatregelen in Japan tot nu toe slechts averechts hebben gewerkt.
Het land is, ondanks de propaganda die het tegenovergestelde beweert, enorm afhankelijk van olie. Maar liefst 48 procent van de primaire energie komt uit olie. Vergelijk dat met de cijfers van de VS en Frankrijk: respectievelijk 40 en 34 procent. Onder de top van de OESO-landen -landen die zijn aangesloten bij de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling- is alleen Italië afhankelijker van olie dan Japen.
Extra verontrustend in de Japanse situatie is dat 89 procent van de olie uit het instabiele Midden-Oosten komt. Voor de VS ligt dat cijfer op slechts 21 procent. Voor Italië op 34 procent, het hoogste percentage onder de top van de OESO-landen, maar slechts een fractie van het Japanse cijfer.
Op de gerespecteerde prestatie-index voor klimaatverandering van de Duitse milieuorganisatie Germanwatch staat Japan op de 42e plaats, drie plaatsen lager dan vorig jaar. De index vergelijkt het klimaatbeleid en de CO2-uitstoottrends van 56 landen met elkaar. Nummer een is Zweden, Nederland staat op de dertigste plaats. Zelfs China staat, met een veertigste plaats, beter aangeschreven dan Japan.
Japan scoort vooral slecht op energieverbruik. Terwijl landen als Duitsland en Denemarken tussen 1997 en 2007 de consumptie van energie terug wisten te draaien, liet Japan in die periode groei zien. Ondanks een slechte economie en negatieve bevolkingsgroei.
Dat het land nog enigszins scoort, is niet te danken aan de energiesparende auto’s van Toyota en Honda, die slechts een piepklein percentage uitmaken van alle auto’s op de Japanse wegen. Wel aan het goed georganiseerde openbaar vervoer. Japan heeft op dat punt een van de laagste energieverbruikscijfers ter wereld, omdat Japanners doorgaans niet met de auto naar het werk gaan, maar met trein en de metro.
Wat ook bijdraagt aan de lage cijfers is de enorm hoge bevolkingsdichtheid: het gros van de bevolking woont in slechts een handjevol megasteden. Steden kunnen daardoor een geïntegreerd en intensief spoornetwerk ontwikkelen. Op ondergrondse stations in Tokio en Osaka arriveert om de twee minuten een trein, die vervolgens binnen zo’n twintig seconden weer vertrekt.
De energie-efficiënte processen die Japan vanzelfsprekend heeft, maken het land geen toprunner. Elk land heeft die immers. Ook is het belangrijk om te weten dat een groot percentage van de Japanse energie van atoomcentrales afkomstig is. Hoewel de Amerikanen oorspronkelijk voorop liepen met het bouwen van atoomcentrales, zijn dat tegenwoordig de Fransen en Japanners. De sector bloeit momenteel, omdat Japan maatregelen overlaat aan de privésector. De kans is groot dat de G-8-top deze branche verder stimuleert.
Het Westen moet „Japan nastreven om olieschokken het hoofd te bieden”, schreef de krant Asia Times onlangs. En de gerespecteerde Canadese Globe and Mail stelde dat de westerse landen naar Japan moeten kijken om het gebruik van olie terug te schroeven. Ongetwijfeld kan de wereld veel leren van in Japan ontwikkelde technologie. Maar voor een effectief klimaatbeleid is het zeker niet het modelland dat zo veel journalisten ons voorspiegelen.
Dit is het derde en laatste deel in een korte serie naar aanleiding van de G-8-top in Japan.