Kamer: Extra banen voor Wajongers
Een meerderheid in de Tweede Kamer vindt dat de kans op werk voor jonggehandicapten, vooral door betere scholing, moet worden vergroot.
CDA, PvdA en de linkse oppositiepartijen SP en GroenLinks uitten woensdag in een debat met minister Donner van Sociale Zaken hun zorgen over het gebrek aan banen voor jonggehandicapten die straks te maken krijgen met ingrepen in hun Wajonguitkering.Omdat het aantal jonggehandicapten in de Wajongregeling in de afgelopen jaren fors is gestegen wil het kabinet de uitkeringsregeling vanaf 2010 hervormen voor nieuwe gevallen. Nu worden volgens Donner veel jonggehandicapten ten onrechte op hun achttiende volledig afgekeurd voor de arbeidsmarkt, terwijl zij best kunnen werken.
De jongeren die deels nog kunnen werken, moeten straks zo veel mogelijk aan de slag. Naast de uitkering mogen deels arbeidsongeschikte jongeren van elke euro die ze met hun baan verdienen 50 cent houden. Daarbij geldt dat ze bij elkaar niet meer dan 100 procent van het minimumloon mogen ontvangen.
Volgens PvdA-Kamerlid Spekman komen Wajongers nu echter al nauwelijks aan de slag, omdat er „een groot gapend gat” zit tussen de uitkering en onderwijsvoorzieningen. „Het is een groep die graag wil werken, maar door de regelingen wordt vermorzeld”, aldus Spekman.
Volgens de linkse partijen PvdA, SP en GroenLinks moeten Wajongers met betaald werk hun uitkering tot 120 procent van het minimumloon kunnen aanvullen. „Het is niet goed dat mensen op hun 18e worden afgeschreven, maar werken moet wel lonen. Mensen moeten boven het minimumloon kunnen uitstijgen als ze hun capaciteiten maximaal benutten”, aldus Ineke van Gent van GroenLinks.
De VVD daarentegen vindt dat de keuringen voor de Wajong nog strenger kunnen. Mensen die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn en deels kunnen werken, moeten net als in de nieuwe WAO -de WIA- ook maar een gedeeltelijke uitkering krijgen.