Rellen in Mongolië ondanks noodtoestand
In de Mongoolse hoofdstad Ulaanbaatar is het in de nacht van dinsdag op woensdag opnieuw onrustig geweest, ondanks het afkondigen van de noodtoestand door president Nambariin Enkhbayar. Aanhangers van de oppositie stichtten brand in meerdere overheidsgebouwen, meldden ooggetuigen.
Volgens een lokale publieke zender woensdag kwamen tot nu toe drie mensen om het leven tijdens de gewelddadige protesten tegen vermeende fraude bij de parlementsverkiezingen zondag. Ongeveer vierhonderd agenten zouden gewond zijn geraakt. De politie arresteerde bijna vijfhonderd oproerkraaiers, meldde het Japanse persbureau Kyodo.De noodtoestand is uitgeroepen voor vier dagen. Bovendien geldt een uitgaansverbod vanaf 22.00 uur, zijn alle openbare bijeenkomsten verboden en mogen alleen staatsmedia nog verschijnen en uitzenden.
Demonstranten staken eerder dinsdag onder meer het hoofdkantoor van de regerende Mongoolse Revolutionaire Volkspartij in brand en plunderden het gebouw. Militairen schoten met rubberkogels en zetten traangas in om de menigte te verdrijven. De oppositie betoogde ook in de industriestad Darkhan.
Volgens tegenstanders van de regering is er zondag geknoeid en gemanipuleerd met de parlementsverkiezingen. Uit voorlopige resultaten blijkt dat de oppositionele Democraten niet verder komen dan 27 van de 76 parlementszetels.
Volgens buitenlandse waarnemers verliep de stembusgang over het algemeen eerlijk en vrij. De kiescommissie moet de officiële uitslag nog bekendmaken.
Het ooit communistische Mongolië, een land van uitgestrekte steppes en woestijnen, is een van de weinige democratieën in Centraal–Azië.