Deeltijdstrijd (III)
Als thuisblijvende werkende moeder lees ik met belangstelling de serie Vrouw & Werk.
Ik stoor mij aan de veelgebruikte uitdrukking dat je „thuis” zou „zitten” wanneer je als moeder thuis bent. Ik denk dat er „werkende” moeders zijn die meer zitten op een dag dan de gemiddelde „thuiszittende” huismoeder!Het wordt tijd dat er, zeker in onze gezindte, meer waardering voor de laatstgenoemde komt.
P. Ippel-Geuze
Havenstraat 17
4251 BB Werkendam
(Ambts)kleding
Zijn je kledinggewoonten een stukje van je godsdienst? vroeg de auteur van Pastory (RD 11-6) in Israël.
Theologisch bezien is (ambts)kleding een uiting van de ziel, want in al onze uitingen, hetzij natuurlijke of geestelijke, openbaart zich een geest. God openbaart Zichzelf in Zijn wijsheid en Zijn liefde voor schoonheid in de schepping. Heel Zijn creatuur ademt Zijn Geest en Hij heeft niets aan het toeval overgelaten, en ook ontsnapt niets aan Zijn aandacht en zorg.
Zo toont de kunstenaar ’het gezicht’ van zijn ziel in zijn kunstwerk naar vorm en inhoud. Alzo openbaren wij onze ziel en geest in onze uitingen, want neutraliteit bestaat niet.
Ook kunnen wij mensen in hun uitingen naar vorm en inhoud oordelen. Als iets niets te zeggen heeft, zegt dit ook wat. (Uiteraard moeten we ruimte geven aan verrassingen en mogen we niet uit vooringenomenheid handelen.)
Theologie en de bereidheid van hart om een vol in plaats van een gespleten leven te leiden, roepen visie en hartstocht op. Een kleine traditie kan zo waarde hebben voor de ziel. Bezieling ontstaat niet zomaar, niet met werktuigelijk handelen, niet na rationeel of pragmatisch denken, maar nadat wij ons zo diep ergens in hebben begeven, dat het ons hart en onze verbeelding raakt.
Ook kleding vraagt onze belangstelling, ons denken, onze zorg en aandacht, omdat we God in Zijn gaven willen eren en onszelf en de naaste niet willen onteren.
Zou het gebrek aan deze bezieling debet zijn aan de wijze waarop mensen zich onder andere in de kerk presenteren? Representeren mensen ’hun religie’ of dragen zij die dingen die in een gewoon etiquetteboek als fout voor het serieuze seculiere leven worden aangemerkt? (leggings, geen kousen bij rok, geen sportieve kleding en schoenen en niets dragen dat erotische signalen uitzendt.) Kleding: een stukje van onze godsdienst? Zou ’t niet?
H. Beijeman-Bekenkamp
Heinelaan 7
3931 WZ Woudenberg
Arminius (IV)
Een theologisch artikel schijven zonder ook maar één keer een Bijbeltekst te noemen. Dan is er meer in de crisis dan alleen de prediking. Zo ook ”Een verschil van leven en dood” (RD 23-6) door dr. C.A. van der Sluijs. Verhaal over „arminianen” en „antropologisch en theologisch bepaalde verantwoordelijkheid”, met een hoog op-je-klompen-aanvoelen-gehalte: niet-arminiaans is leven, arminiaans is dood.
De Bijbel hanteert een ander criterium met betrekking tot leven en dood: geloof of ongeloof. Niet meer en niet minder.
Gemeenteleden hebben niets aan theologische scherpslijperij. Generaties lang worden mensen beziggehouden met allerlei leerstelligheden. Hoeveel gemeenteleden zijn hierdoor al (met oprechte bedoelingen) afgehouden van de enige vraag en verhinderd in te gaan? Lukas 11:52 mogen theologen wel ter harte nemen. (Ik verdenk dr. Van der Sluijs overigens niet van onoprechtheid of „niet ingaan”.)
Het is zo eenvoudig, en dat weet de scribent zelf ook wel. Laat hem het dan ook niet ingewikkeld maken. Als ik de Heere wil volgen, Jezus lief krijg, kan dat alleen omdat God dat werkt door Zijn Geest. Of zou satan sinds de Dordtse Synode z’n plan van aanpak hebben herschreven? Zou hij bij mensen onechte liefde voor Jezus bewerken?
Laat Bijbelteksten over Gods werk en initiatief, verkiezing in Christus en „niemand kan tot Mij komen (enz.)” gewoon staan, samen met teksten over je bekeren, tot Hem komen, Hem aannemen en vele andere, en je hebt het Evangelie in een notendop: God zoekt mensen en daarom gaan mensen Hem zoeken. Wonder van genade.
In vele kerken en (evangelische) gemeenten wordt nog steeds Christus verkondigd als Zaligmaker der wereld, al dan niet onder een deksel. Daarover verblijd ik me.
Afhankelijk van traditie en achtergrond drukken mensen zich anders uit. Dat is niet erg. Het geloof blijkt uit de werken, niet (alleen) uit woorden.
K. A. Stolker
Laakweg 40
3864 LD Nijkerkerveen