„Discussie over EU-landbouw beschamend”
De discussie over de kosten van het landbouwbeleid bij uitbreiding van de Europese Unie is een beschamende vertoning. Dat vindt voorzitter G. Doornbos van boerenorganisatie LTO-Nederland. „De kosten van het Europese landbouwbeleid en de voordelen van uitbreiding van de Europese Unie staan niet in verhouding tot elkaar”, betoogt Doornbos.
Volgens de ’woordvoerder’ van de Nederlandse boeren snappen zijn collega’s in het buitenland niets van de Nederlandse houding. „Wat is er toch bij jullie aan de hand, jullie verdienen toch aan openstelling van de grenzen? vragen boerenleiders uit Europa en de Verenigde Staten aan me.”
De LTO-voorzitter is er zelf van overtuigd dat Nederlandse boeren profiteren van de toetreding van Midden- en Oost-Europese landen. „Het overgrote deel van onze agrarische producten heeft heel goede exportkansen omdat we zo specialistisch zijn”, zegt Doornbos. „Producten die deze kant op komen, zullen zich bovendien moeten zien te handhaven op een markt met heel hoge kwaliteit. Wij profiteren meer van de toetreding dan dat we er last van hebben.”
Volgens Doornbos heeft de tegensputterende VVD-leider Zalm een „kruideniersmentaliteit.” „Nederland heeft het alleen maar over de centen, maar we kunnen toch vanwege een gezamenlijk Europees landbouwbeleid niet gaan twijfelen over uitbreiding van de Unie? Die Unie is tenslotte opgericht om vrede en veiligheid in Europa te waarborgen.”
De LTO’er betoogt ook dat er maar eens gekeken moet worden naar wat de toetredende Oost-Europese landen eigenlijk nodig hebben. „Landbouwbeleid is voor een groot deel sociaal beleid”, aldus Doornbos. „In de overgangsperiode moet je landen steunen, dat ging met de toetreding van Spanje, Portugal en Griekenland ook zo. We moeten er als Europa voor zorgen dat het platteland bevolkt blijft, dat mensen niet allemaal zonder vooruitzichten naar de steden trekken omdat ze op het platteland hun boterham niet meer kunnen verdienen. Dat is het belangrijkste argument van Frankrijk om vast te willen houden aan de inkomenssteun voor boeren.”
Doornbos onderschrijft dat een verslechtering van de netto-betalingspositie van Nederland geen goede zaak is. Hij heeft dan ook begrip voor een aanpassing van het beleid. „Er kunnen voorwaarden gesteld worden aan inkomenssteun voor boeren, bijvoorbeeld op het gebied van dierenwelzijn, natuur en landschap. Maar laten we de discussie daar dan ook over voeren. We moeten bovendien gaan kijken of de formule waarop de bijdrage van landen aan de EU wordt gebaseerd wel eerlijk is.”
Over de kosten van de EU-uitbreiding zijn de meningen intussen verdeeld. Minister van Financiën Hoogervorst (VVD) berekende dat, zonder aanpassing van de inkomenssteun aan Europese boeren, de totale EU-uitgaven jaarlijks bijna 20 miljard hoger kunnen uitkomen. Dat is bijna een verdubbeling van de kosten die de Europese Commissie voor 2006 voor de uitbreiding heeft begroot.
De helft van die 20 miljard euro zou gaan naar steun voor het bouwen van wegen, bruggen en havens, 40 procent zou bestemd zijn voor de landbouw. Nederland moet volgens Hoogervorst in 2013 ruim 1 miljard euro meer betalen. Dat is 1,1 procent van het bruto nationaal product (bnp), alles wat we met elkaar in Nederland verdienen.
EU-landbouwcommissaris Fischler betoogde maandag tijdens een bezoek aan Den Haag dat de kosten van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (glb) door de uitbreiding nauwelijks toenemen. „Sommige berekeningen gaan uit van een verdubbeling, maar dat is onzin. Ik heb de indruk dat de landbouw misbruikt wordt als zondebok om de uitbreiding tegen te houden”, aldus Fischler.
De Nederlandse minister van Landbouw, Veerman, ziet het ook niet somber in. Volgens de berekening van Financiën kost de uitbreiding op landbouwgebied Nederland 400 miljoen euro extra, volgens Veerman is dat maar 100 tot 120 miljoen euro. Van die 400 miljoen gaat volgens hem na inflatiecorrectie namelijk de helft terug in de kas van de afzonderlijke lidstaten. Bovendien gaat er nog eens 80 tot 100 miljoen euro vanaf omdat de toetredende landen steeds meer contributie zullen gaan betalen.
Ook LTO-Nederland plaatst kanttekeningen bij de berekeningen van Hoogervorst en stelt dat zich zeker geen kostenexplosie zal voordoen. „Nederland heeft tot begin jaren negentig bovendien als netto-ontvanger van het Europese landbouwbeleid geprofiteerd. Laten we dan nu niet die houding aannemen van ”het mag niks kosten”. Daar staat Nederland zeker alleen in”, aldus Doornbos.