Ruim dertig doden bij aanslagen Irak
Bij twee bomaanslagen in Irak zijn donderdag 33 doden gevallen. Een zelfmoordaanslag op een vergadering van stamhoofden in een gemeentehuis ten westen van Bagdad kostte aan vijftien mensen het leven, onder wie twee stamhoofden.
Een autobom in de Noord–Iraakse stad Mosul eiste zeker achttien levens. De bom ontplofte tussen een markt en een overheidsgebouw.De zelfmoordaanslag in het gemeentehuis van Karmah, in de provincie Anbar, was gericht tegen stamhoofden die zich hebben aangesloten bij een soennitische verzetsbeweging tegen Al–Qaida. Bij de vergadering zouden ook Amerikanen aanwezig zijn, maar het Amerikaanse leger wilde niet zeggen of er op op het moment van de ontploffing Amerikanen in het gebouw aanwezig waren. Twaalf mensen raakten gewond.
Bij de aanslag in Mosul vielen zestig gewonden. De autobom ontplofte terwijl de gouverneur van de provincie Nineveh de schade inspecteerde van een eerdere raketaanval. Hij overleefde de explosie.
Irak beleeft deze week na een relatief rustige periode een opleving van geweld, waarbij ook tien Amerikaanse militairen zijn gesneuveld. Voor de derde keer deze week werd een gemeentekantoor getroffen door een aanslag. Sjiitische en soennitische extremisten lijken er op gebrand de vorderingen die de Iraakse en Amerikaanse legers boeken bij het invoeren van lokaal gezag, teniet te doen.