Droogte in noord–Nederland uitzonderlijk
Het noorden van Nederland kampt al geruime tijd met droogte. In Friesland, Groningen en delen van de Noordoostpolder en Noord–Holland is een groot neerslagtekort ontstaan. Een woordvoerder van KNMI spreekt van een „bijzondere situatie" die maar eens in de 20 jaar voorkomt.
Uit de cijfers van het KNMI blijkt dat in de genoemde gebieden sinds begin april een neerslagtekort van ongeveer 200 millimeter is ontstaan. Opvallend is dat in de rest van het land, en vooral het zuid–oosten, geen sprake is van een tekort. In het zuiden van Limburg is het zelfs natter dan normaal.Het KNMI berekent het neerslagtekort (of –overschot) door het aantal gevallen millimeters te vergelijken met de verdamping. Als er meer verdampt dan valt, ontstaat na verloop van tijd een tekort.
In juni viel tot nu toe in de noordelijke gebieden slechts 10 tot 15 millimeter regen terwijl in het zuiden soms 100 millimeter of meer werd opgevangen. In een gemiddelde zomer wordt een neerslagtekort van ongeveer 100 millimeter in augustus opgebouwd. Het huidige tekort ligt nog wel onder dat van het recordjaar 1976 toen uiteindelijk in augustus een tekort van ruim boven de 300 millimeter ontstond.
„Het tekort is ook niet zomaar weg", zegt klimatoloog Rob Sluijter van het KNMI. „Dat kan anderhalve maand duren. Het is opvallend dat er in een relatief klein gebied als Nederland zo’n groot contrast is tussen de neerslag in het noorden en het zuiden".
De voorbije weken heeft vooral het zuid–oosten twee keer last gehad van zware (onweers)buien. Afgelopen zondag werden het oosten en het zuiden nog getroffen door hoosbuien die gepaard gingen met flinke hagel.