CDA wil minder vaak spoed bij spoeddebatten
Het CDA wil dat een meerderheid van de Tweede Kamer kan beslissen of een spoeddebat ook echt spoed heeft. Tweede Kamerlid Schinkelshoek deed dat voorstel maandag tijdens een overleg met Kamervoorzitter Verbeet over de begroting van de Kamer.
Schinkelshoek wil met zijn voorstel de „overijling" in de politiek aanpakken. Volgens hem vinden er te vaak spoeddebatten plaats die worden ingegeven door incidenten en hypes.Het liefst zou Schinkelshoek weer af willen van de enkele jaren terug ingevoerde regel dat 30 van de 150 Kamerleden volstaan om een spoeddebat te laten doorgaan. De CDA’er beseft echter dat hij daar op dit moment geen Kamermeerderheid voor krijgt. Om toch te voorkomen dat de Kameragenda „overwoekerd wordt door de waan van de dag" wil hij een onderscheid tussen spoeddebatten die echt spoedeisend zijn en debatten die nog wel even kunnen wachten.
In het voorstel van Schinkelshoek zou een minderheid van 30 leden nog wel steeds een debat kunnen agenderen, maar bepaalt een meerderheid van de Kamer of dat debat ook op korte termijn moet plaatsvinden.
De oppositie had geen goed woord over voor het plan van Schinkelshoek. SP, VVD, PVV en GroenLinks verweten hem „de mogelijkheden van de oppositie te willen inperken".
Sinds de ’30–ledenregel’ voor spoeddebatten werd ingevoerd, is het aantal spoeddebatten explosief gegroeid: van enkele per jaar tot soms wel enkele per dag. De meeste fracties vinden wel dat er „een spanning is tussen de wens incidenten te bespreken en het verlangen naar een bezonken hoofdlijnendebat", zoals GroenLinks–Kamerlid Duyvendak het uitdrukte.
Hij en Anker van de ChristenUnie kwamen met voorstellen om spoeddebatten in veel gevallen te vervangen door spoedoverleggen in Kamercommissies. PVV’er Brinkman suggereerde om de Kamer voortaan vier, in plaats van drie dagen plenair te laten vergaderen, zodat de Kameragenda wordt ontlast.