Palingvisser moet weg van platen Haringvliet
De Nieuw-Beijerlandse palingvisser C. Nobel mag van de Raad van State niet langer op de ondiepe platen in het Haringvliet met fuiken op aal vissen.
In een woensdag gepubliceerde uitspraak oordeelt het rechtscollege dat het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV) ten onrechte aan Nobel toestemming heeft gegeven. LNV heeft vergeten onderzoek te doen naar de gevolgen van het palingvissen op de vogelstand. Door de uitspraak mag Nobel, die al jaren op het Haringvliet vist, niet langer fuiken zetten op de Ventjagersplaat bij Schouwen-Duiveland en op de Korendijkse slikken bij de Hoeksche Waard.
De uitspraak is een overwinning voor de Vogelbescherming, die meent dat veel op de platen foeragerende en ruiende vogels door Nobel worden verstoord en verjaagd. LNV vond het met die verstoring wel meevallen en verleende de visser een ontheffing van de Natuurbeschermingswet. Daarmee mocht Nobel onder meer in juli en augustus op de Ventjagersplaat en de Korendijkse slikken vissen.
Een groot probleem, naar nu blijkt, is dat de verantwoordelijke staatssecretaris van LNV geen enkel onderzoek heeft gedaan naar de effecten van Nobels vispraktijken op het welzijn van de vogels. Ook Nobel vond op basis van jarenlange ervaring dat het met die verstoring wel meevalt. De fuiken staan vooral aan de westelijke rand van de Ventjagersplaat. Bovendien komt hij slechts twee keer per week met zijn kleine motorvlet enkele uren op de plaat om de fuiken te legen en terug te zetten. Volgens de visser maken recreanten met bootjes meer herrie. Overigens heeft de Vogelbescherming ook geen keiharde bewijzen overlegd waaruit blijkt dat de beschermde vogels zwaar te lijden hebben onder de palingvisserij.
De visser uit Nieuw-Beijerland heeft eerder ook al een verbod op het vissen met de ”zegen” (een halfrond net voor de visserij op schubvissen) moeten slikken.