„Als ik een ondernemer op juridische gronden een vergunning weiger, doe ik dat niet als Jack Asselbergs, maar als burgemeester. Mensen moeten het verschil tussen privé en ambt wel kunnen maken, anders gaat het mis.” De Schouwse burgemeester Asselbergs spreekt uit ervaring. Vanaf 15 augustus vorig jaar was hij in een beveiligd schuiladres ondergebracht, maar sinds februari verblijft hij weer in zijn eigen ambtswoning.Een aantal weken daarvoor weigerde Asselbergs een ondernemer met een beroep op de wet Bibob een horeca- en exploitatievergunning. Op 6 augustus dreef de aangeschoten ondernemer Asselbergs zijn woning in waarna hij een kwartier lang bij de voordeur doodsbedreigingen uitte. „Hij probeerde mij onder druk te zetten om hem die vergunning alsnog te geven.” Nog diezelfde avond werd de man gearresteerd en naar het huis van bewaring overgebracht.

Op 15 augustus veroordeelde de politierechter de man tot zes weken cel, waarvan drie voorwaardelijk. De zaak leek achter de rug, maar nog diezelfde avond brachten agenten Asselbergs onder op een beveiligd schuiladres. De staf van terrorismebestrijder Tjibbe Joustra stelde de burgemeester onder persoonsbeveiliging van de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging. Op basis waarvan wil Asselbergs niet kwijt. „Mogelijk had de verdachte anderen uit zijn netwerk opdracht gegeven de bedreigingen voort te zetten.”

De burgemeester leefde vijf maanden in een beveiligd regime, slechts onderbroken door een reguliere vakantie die hij in het buitenland doorbracht. „Die onderbreking deed mij enorm goed, na zo’n emotionele, hectische periode.” De overige dagen probeerde hij zo goed mogelijk zijn werk te blijven doen. Hij is vol lof over de afdeling crisiscoördinatie van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters. „Zij stelden een collega-ervaringsdeskundige beschikbaar tegen wie ik onbeperkt kon aanpraten. Daar heb ik enorm veel aan gehad.”

Terugkijkend vindt Asselbergs niet dat hij onvoldoende alert is geweest. „We leven in een maatschappij waarin dit aan de orde van de dag is. Nogal wat collega’s hebben hetzelfde meegemaakt. Je hoopt dat het je nooit overkomt, maar je hebt nu eenmaal mensen die agressief worden. Risico’s kun je niet uit de weg gaan. Over de mogelijkheid dat je bedreigd kunt worden, heb ik me nooit zo druk gemaakt.”

Voor de gemeente waren de gebeurtenissen in augustus en de maanden daarna reden het stadhuis extra te beveiligen. „Toch kun je nooit uitsluiten dat zoiets weer gebeurt. Je wilt mensen die voor het spreekuur komen toch graag ontvangen op je kamer. En mensen weten je altijd te vinden, zowel tijdens een publiek optreden als privé.”

Tot een persoonlijk gesprek tussen Asselbergs en zijn belager kwam het nooit. „Hij heeft een contactverbod opgelegd gekregen, zodat hij mij niet eens mag benaderen. Ik heb er ook geen behoefte aan. Het enige wat ik weet is dat het hoger beroep dat het openbaar ministerie heeft ingesteld binnenkort dient bij het gerechtshof in Den Haag.”

Wat hield de burgemeester over aan het angstige avontuur? Asselbergs: „Uiteindelijk niet zo veel, ik kan het nu achter me laten.” Met een spotlach: „Inmiddels komt mijn naam voor op de lijst ervaringsdeskundigen van het Genootschap van Burgemeesters. Mogelijk word ik binnenkort door een collega aangeklampt.”