Kosovo heeft eigen grondwet
Kosovo heeft sinds zondagavond een eigen grondwet. De nieuwe wet werd van kracht met een ceremoniële ondertekening door president Fatmir Sejdiu en parlementsvoorzitter Jakup Krasniqi. De parlementaire plechtigheid, voorafgegaan door het spelen van het louter instrumentale volkslied, markeerde het formele einde van negen jaar bestuur door de Verenigde Naties.
De wet maakt van de regering in Pristina de hoogste gezagsinstantie in Kosovo en is een bevestiging van de onafhankelijkheid die vier maanden geleden eenzijdig werd uitgeroepen. Servië, het land waarvan Kosovo zich heeft afgescheiden, beschouwt Kosovo evenwel als de bakermat van de Servische cultuur en is fel tegen de stap. De regering in Belgrado en haar bondgenoot Rusland beschouwen de onafhankelijkheidsverklaring dan ook als volstrekt illegaal en in strijd met het internationaal recht.De Servische president Boris Tadic verwoordde dat standpunt zondag eens krachtig. „Servië beschouwt Kosovo als zijn zuidelijke provincie”, zei Tadic. „Het zal zijn integriteit op vreedzame wijze verdedigen, met gebruik van diplomatieke middelen, zonder geweld.”
Tadic zei dat zijn regering blijft vasthouden aan een nieuwe ronde van internationale bemiddeling. „Dat is onze strategie en onze reactie op de proclamatie van een illegale staat Kosovo”, zei de president.
In de noordelijke stad Mitrovica, die een aanzienlijk Servisch bevolkingsdeel heeft, waren zondag extra veiligheidsmaatregelen getroffen. Zaterdag stormde een gewapende man er een politiebureau binnen en verwondde een politieman.
De plechtigheid in het parlement in Pristina was met het oog op de gespannen situatie bescheiden gehouden. Premier Hashim Thaci zei dat de grondwet is bevochten in jarenlange „ontberingen en opofferingen.” President Sejdiu sprak van een historisch moment dat de afronding betekent van het proces van staatsvorming. Hij zei ook dat de grondwet de Kosovaarse minderheden brede rechten garandeert.
De Britse minister van Buitenlandse Zaken, David Miliband, noemde de grondwet een belangrijke stap naar „een democratische, multi-etnische en Europese toekomst” voor Kosovo. De Verenigde Staten, Japan, Groot-Brittannië en een veertigtal andere landen hebben de stap van Kosovo erkend.
De Servische topfunctionaris voor Kosovo, Slobodan Samardzic, weigerde aanwezig te zijn bij de plechtigheid in Pristina. In plaats daarvan bracht Samardzic een bezoek aan het etnisch verdeelde Mitrovica.
De verwachting is dat Samardzic Noord-Kosovo, waar de Serviërs in de meerderheid zijn, een eigen parlement in het vooruitzicht zal stellen. De regio grenst aan Servië en zo’n stap zou Kosovo dichter bij een verdeling langs etnische lijnen brengen.
De plannen voor Kosovo voorzagen in een missie van de Europese Unie, die het bestuur van de VN zou overnemen. Rusland, dat vetorecht in de VN-Veiligheidsraad heeft, blokkeerde echter een formele overdracht. De VN zijn daardoor genoodzaakt zijn aanwezigheid in Kosovo te handhaven.
Er is een status-quo ontstaan waarin de VN de zorg dragen voor de veiligheid van de ongeveer 100.000 Serviërs in het noorden, terwijl de EU-misssie waakt over de etnische Albanezen. Uit bezorgdheid over het overslaan van de spanningen naar andere gedeelten van de Balkan stationeerde de NAVO 600 extra Britse militairen in het noorden. Zij dienen naast de ongeveer 16.000 leden van KFOR die al in Kosovo gelegerd zijn.