Aangrijpend drama op de keukenvloer
Titel: ”Rimpelingen”
Auteur: Charles Martin; vert. R. Posthuma
Uitgeverij: Kok, Kampen, 2007
ISBN 978 90 435 1428 6
Pagina’s: 367
Prijs: € 20,95.
Horrorscenario op een bebloede keukenvloer: met behulp van bestek en gereedschap probeert een geniale hartchirurg het leven van zijn vrouw te redden. Tevergeefs. De arts vlucht in een teruggetrokken bestaan, tot hij de kleine Annie ontmoet, een hartpatiëntje van zeven jaar oud. Al een aantal jaren is het Reese gelukt onvindbaar te blijven voor zijn vroegere collega’s. Hij repareert geen harten meer, maar boten; bovendien maakt hij gebruik van een vermomming. Het verlies van zijn vrouw Emma heeft hem gebroken; hij leeft min of meer als een kluizenaar.
Eigenlijk heeft zijn hele leven voordien in het teken gestaan van Emma. Hij leerde haar al op jeugdige leeftijd kennen en voelde zich direct verantwoordelijk voor het meisje met de hartkwaal. Daarbij kwam dat hij buitengewoon handig was met naald en draad; zo redde hij als jongen een kolibrie het leven door zijn gebroken vleugel te hechten. Het leek erop dat hij de aangewezen persoon zou zijn om Emma later bij een harttransplantatie te opereren.
Het loopt er dus vanzelfsprekend op uit dat Reese een opleiding tot hartchirurg gaat volgen. Hij blinkt uit als student en als arts; hij krijgt zelfs de bijnaam ”de wonderdoener”. Talloze malen werkt hij mee aan harttransplantaties en redt zo vele mensen het leven. Hij staat bovendien bekend om zijn prachtige hechttechniek. Het wachten is alleen nog op een geschikt hart voor Emma, maar voor het zover is, moet hij haar al aan de dood afstaan.
Stukje bij beetje brengt Charles Martin in zijn roman ”Rimpelingen” aan het licht wat er in Reeses leven is voorgevallen. Tenminste, dat geldt voor de lezer die nog zin heeft om door te lezen na de proloog; Martin maakt daarin zulke lange, omslachtige zinnen vol beschrijvingen en bijvoeglijke naamwoorden, dat hij je bijna de moed beneemt hoofdstuk 1 in te duiken. Toch kan hij dat gerust doen, want daarna maakt de schrijver het niet meer zo bont.
In 54 hoofdstukken vertelt Martin afwisselend de voorgeschiedenis van Reese en wat hij in het heden meemaakt na zijn ontmoeting met het zevenjarige hartpatiëntje Annie. Hij neemt er het hele boek de tijd voor om Reese te laten toegroeien naar het moment dat hij weer uit zijn cocon durft te komen om Annies leven te redden met een harttransplantatie. Hoewel hij al vrij snel weet dat Annies artsen op zoek zijn naar ”de wonderdoener”, duurt het geruime tijd voor hij die rol daadwerkelijk weer op zich neemt.
De operatie, die wordt beschreven aan het eind van het boek, slaagt, maar daarmee is het verhaal niet per definitie goed afgelopen. Je weet als lezer inmiddels maar al te goed hoe fragiel het leven van een hartpatiënt is, zeker dat van Annie.
Op de achtergrond speelt nog de ontluikende relatie tussen Reese en Annies tante; Martin werkt ook dit gegeven niet uit tot een eind-goed-al-goedontknoping, maar hij laat de mogelijkheid open dat de twee voorzichtig verder met elkaar het leven in zullen gaan.
Dat ”Rimpelingen” een stuk dichter bij de rauwe realiteit staat dan vele andere romans uit het genre Amerikaanse christelijke fictie betekent een pluspunt voor de schrijver en voor dit boek. Je kunt het nauwelijks ter ontspanning lezen, ook al ben je er stilletjes allang van overtuigd dat het kleine meisje het gaat redden en dat Reese en de tante verliefd op elkaar aan het worden zijn - daarvoor is de beschreven levensbedreigende problematiek te aangrijpend.
Ook de impact die de dood van Emma op Reese heeft, kan je naar de keel vliegen. Hoe zou jij reageren als je partner onder jouw handen ondanks jouw inspanningen het leven zou laten?