Halsstarrig
Eindelijk is het zover. Na jarenlange halsstarrigheid heeft de gemeente Wierden het hoofd in de schoot gelegd. De evangelische scholengemeenschap de Passie krijgt onderdak in de Overijsselse gemeente. Of het gemeentebestuur voor de huisvestingskosten opdraait, of dat de rijksoverheid dat doet, moet de rechter nog uitmaken.
Het lijntrekken van de gemeente heeft meer dan vijf jaar geduurd. Want lijntrekken was het. Immers de spelregels voor het stichten van een school liggen vast. Wanneer een erkende onderwijsrichting aan de stichtingsnorm voor een school voldoet, moet de gemeente voorzieningen treffen.Aan beide voorwaarden was in dit geval voldaan. De Raad van State heeft de evangelische richting als zelfstandige denominatie erkend en de Passie had ook het aantal leerlingen dat de gemeente Wierden stelt als stichtingsnorm.
Desondanks lag het gemeentebestuur jarenlang dwars. Met als gevolg slepende, geldverslindende juridische procedures waarvan bij voorbaat de uitkomst vaststond.
Dat de gemeente Wierden zo lang bleef weigeren huisvesting te bieden aan de school, kan dus niets te maken hebben met mazen in de wet die mogelijk een ontsnapping bieden. Er moeten andere motieven zijn.
Daarbij zijn twee zaken in het geding. Sinds de decentralisatie in 1997 zijn gemeentebesturen financieel verantwoordelijk voor de bouw van nieuwe scholen en het buitenonderhoud van bestaande scholen.
Via een ingewikkelde verdeling krijgen gemeentebesturen daarvoor een financiële tegemoetkoming vanuit het Gemeentefonds, maar volgens Wierden is die absoluut onvoldoende om de last van huisvestingskosten voor een school te betalen die vooral een streekfunctie heeft. Soortgelijke gevallen hebben zich in de achterliggende jaren ook voorgedaan bij de stichting van reformatorische scholen. De gemeente Wierden vindt daarom dat de rijksoverheid een extra financiële vergoeding moet geven.
Maar er is nog iets. In de achterliggende jaren hebben raadsleden zich negatief uitgesproken over de evangelische richting waaruit de Passie voortkomt. In 2004 betwistte een gemeenteraadslid voor het CDA in een kranteninterview het bestaansrecht van de school. Letterlijk zei ze: „Als je leest welke gedachten ze bij de Passie aanhangen, werkelijk, je schrikt je helemaal lam.” Van gemeentebestuurders die zo negatief denken, valt weinig medewerking te verwachten.
De vrijheid van onderwijs in ons land is een groot goed. Niemand ontkent dat. Maar er is een toenemende drang om bepaalde denominaties tegen te werken. Niet alleen de Passie in Wierden heeft dat ervaren, ook besturen van reformatorische schoolverenigingen lopen hier soms tegen aan.
Als de overheid de onderwijsvrijheid serieus neemt, zal ze gemeentebestuurders erop moeten wijzen bij schoolaanvragen uitsluitend te mogen toetsen of de regels zijn gevolgd. Daarnaast zal de regering nog eens moeten nadenken over de vraag hoe de verdeling van gelden voor huisvesting beter kan worden geregeld, zodat niet een (kleinere) gemeente alleen de hoge huisvestingskosten van regionale scholen moet financieren.