Halsema stelde anderhalf jaar geleden, tijdens de algemene beschouwingen na Prinsjesdag, de top van de Rooms-Katholieke Kerk op één lijn met fundamentalistische moslims en fundamentalistische christenen in Amerika. „Dat is een as van religieus kwaad die de zeggenschap van vrouwen probeert terug te dringen”, zei ze. Die woorden veroorzaakten onder christenen binnen en buiten haar partij grote opschudding.Nu, in een gesprek met deze krant over GroenLinks en religie, zegt ze de uitlating te betreuren. „Ik heb spijt van die uitspraak. Ik bedoelde te zeggen: Het is gevaarlijk als religieus dogmatisme wordt verward met wereldse macht. Daarbij heb ik me bediend van, zacht gezegd, al te bloemrijke taal en te grof taalgebruik.”

Christenen binnen GroenLinks zijn kritisch over de opstelling van hun partijtop in het religiedebat. „Halsema lijkt moeilijk los te komen van religie als vorm van achterlijkheid en onderdrukking. Soms zou ze wel iets positiever mogen zijn over religie. Fundamentalisme is de boosdoener, niet religie”, zegt Theo Brand, redactielid van De Linker Wang, een platform binnen de partij voor geloof en politiek.

Vandaag discussieert de achterban in Utrecht over ”Religie in het publieke domein” en de identiteit van de partij. „GroenLinks gaat wel in tegen die politiek van angst van rechtse politici. Maar er is geen expliciet beleid ontwikkeld op het punt van godsdienst in het publieke domein of de islam in het bijzonder. Er is een grote verlegenheid over dit thema”, aldus Erica Meijers, medeorganisator van het symposium en hoofdredacteur van het linkse tijdschrift De Helling.

Binnen de GroenLinksvoorlopers, CPN, PSP, PPR en EVP, waren veel christenen actief. De huidige Tweede Kamerfractie kent geen belijdende christenen. Halsema zou het wel op prijs stellen als er bij de volgende verkiezingen weer een belijdende christen hoog op de lijst komt te staan.