Buitenland

Ex-coupplegers roeren zich in Ecuadoraanse politiek

De kiezers van Ecuador hebben een couppleger en een miljonair doorgestuurd naar de tweede stemronde van de presidentsverkiezing.

Van onze correspondent
22 October 2002 10:00Gewijzigd op 13 November 2020 23:53

Kolonel Lucio Gutiérrez (44), die in januari 2000 de gekozen burgerpresident Jamil Mahuad uit het zadel wipte, zegevierde bij de stemming van afgelopen zondag in Ecuador en kreeg 20,2 procent van de kiezers achter zich. Inmiddels meldt de nationale kiesraad dat ruim 95 procent van de bijna 6 miljoen stemmen is geteld. Er namen elf presidentskandidaten deel aan de stemming.

De puissant rijke plantagehouder Alvaro Noboa (51), die in 1999 met een kleine marge de beslissende verkiezingsronde tegen Mahuad verloor, belandde op de tweede plaats met 17,4 procent van de stemmen. Noboa financierde zijn eigen verkiezingscampagne en wil nu nog eens ongeveer 2 miljoen dollar uitgeven in de aanloop naar de tweede stemronde op 24 november. De kandidaat verdiende zijn fortuin met de teelt van bananen.

De verkiezingen van zondag verliepen zonder incidenten, hoewel ruim een derde deel van het electoraat niet de moeite nam om zijn mening kenbaar te maken. Waarnemers van de Europese Unie vonden enkele onregelmatigheden, die volgens delegatieleider Pietro Petrucci toe te schrijven waren aan de in enkele gevallen vertraagde installatie van stembussen. In de hoofdstad Quito hield de politie een personenauto aan waarin enkele tassen met blanco stembiljetten zijn aangetroffen. Er zijn evenwel geen directe aanwijzingen gevonden van systematische of grootschalige verkiezingsfraude.

Het opvallende van de stembusuitslag is dat de kiezers van het verpauperde Zuid-Amerikaanse land onderling sterk zijn verdeeld. Het verschil in aanhang tussen de zes meest gekozen kandidaten is miniem. Winnaar Lucio Gutiérrez kreeg slechts 350.000 stemmen meer dan Jacobo Bucaram, die ruim een half miljoen Ecuadoranen achter zich kreeg, maar toch niet verder kwam dan de zesde plaats.

Mede hierdoor zijn voorspellingen over het verloop van de tweede stemronde niet te maken, want ook de vier verliezers splitsen zich keurig op tussen de twee overgebleven kandidaten. Voormalig vice-president León Roldos (15,5 procent) en het voormalige staatshoofd Rodrigo Borja (14 procent) lieten doorschemeren dadelijk de campagne van oud-kolonel Gutiérrez te zullen steunen, terwijl de conservatieve Xavier Neira en Jacobo Bucaram zich willen aansluiten bij de fortuinlijke bananenplanter.

Deze politieke verdeeldheid kwam ook tot uitdrukking bij de parlementsverkiezing die zondag simultaan met die voor het presidentschap plaatsvond. Geen enkele van de twaalf ingeschreven politieke partijen haalde een fractie van meer dan vijftien stemmen in het parlement van honderd zetels. De toekomstige president zal daarom, net als zijn voorgangers, niet kunnen ontkomen aan het vormen van een coalitie. Maar eerdere ervaring leert dat de meeste partijen zich het veiligst voelen in de oppositie en het staatshoofd slechts bij voorkomende gelegenheden hun steun geven.

Dit is er volgens politiek analist Luis Eladio Proaño de belangrijkste reden van dat alletien presidenten die Ecuador heeft gehad sinds het vertrek van de laatste militaire dictatuur in 1978, er niet in zijn geslaagd verkiezingsbeloften na te komen. „Het huidige politieke bestel maakt regeren welhaast onbegonnen werk. Het ontbreekt ten enenmale aan de cohesie en consensus die tot op zekere hoogte toch nodig zijn om te komen tot het formuleren van een beleid voor de langere termijn”, aldus Proaño.

Het dominerende thema tijdens de verkiezingscampagne was de noodzaak van het aanpakken van de corruptie. Volgens Transparency International, een Duits onderzoeksbureau dat jaarlijks een ranglijst publiceert van de landen waar het meeste en het minste machtsmisbruik voorkomt, staat Ecuador bijna onderaan als een van de meest corrupte landen in Latijns-Amerika, nauwelijks overtroffen door van oudsher door wanbestuur geplaagde landen als Haïti en Paraguay.

Onder een groeiend aantal kiezers bestaat de indruk dat nagenoeg alle politici en zakenlui corrupt zijn. Dat gevoel bracht zondag bijna een miljoen kiezers ertoe om op oud-kolonel en couppleger Lucio Gutiérrez te stemmen. De gewezen militair mag dan iets weg hebben van een ouderwetse volksmenner, zijn oprechtheid en eerlijkheid staan verder buiten kijf. Waar zijn naaste tegenstander Alvaro Noboa haast arrogant snoeft dat hij zijn miljonairsvriendjes in de Verenigde Staten zal vragen hun geld in Ecuador te investeren, treedt Gutiérrez op meer bescheiden manier voor het voetlicht. Hij stelt de kiezers voor om het indiaanse deel van de bevolking meer rechten te verlenen en om door het innen van achterstallige belastinggelden een begin te maken met het inlopen van de sociale misstanden. Ongeveer 79 procent van de Ecuadoraanse bevolking leeft onder de armoedegrens en moet rond zien te komen met 3 euro of minder per dag.

Wat iets minder voor oud-kolonel Gutiérrez pleit, is zijn verwantschap met en lichte bewondering voor het Venezolaanse staatshoofd Hugo Chávez, die voor het winnen van de presidentsverkiezing ook al een mislukte putsch op zijn nam had staan. Gutiérrez verklaarde maandag opnieuw dat hij in Chávez iemand ziet die het continent weer enig zelfrespect kan teruggeven door paal en perk te stellen aan de door de genadeloos voortschrijdende globalisering veroorzaakte verpaupering van de regio.

Maar veel Venezolaanse kiezers hebben er inmiddels danig spijt van Hugo Chávez destijds in het presidentiële paleis te hebben neergezet. De afgelopen twee jaar is het onder Chávez verontrustend snel bergafwaarts gegaan met Venezuela. De situatie is thans zo nijpend dat werkgevers en werknemers de handen ineen hebben geslagen in een poging president Chávez te overreden vervroegde verkiezingen uit te schrijven. Om deze wens kracht bij te zetten organiseerde een breed front van politieke partijen, werkgeversorganisaties en vakbonden maandag een staking voor twaalf uur, die inderdaad tot gevolg had dat het nationale leven ontwricht raakte.

De meeste winkels, kantoren en bedrijven bleven dicht, hoewel enkele banken hun deuren voor het verder afwezige publiek konden openen. Bij de meeste ziekenhuizen was alleen de eerste-hulpafdeling geopend voor noodgevallen, terwijl er ook bij de raffinaderijen van de staatsoliemaatschappij Petróleos de Venezuela niet werd gewerkt. Enkele benzinepompen waren daarentegen open, hoewel er anderzijds weer geen kranten uitkwamen en enkele televisie- en radiostations uit de lucht bleven.

De Nationale Garde had ruim 5000 soldaten op de been gebracht om in de hoofdstad Caracas de rust en orde te handhaven. In tegenstelling tot vorige stakingen en protestdagen deden er zich dit keer geen noemenswaardige incidenten voor. President Chávez verscheen maandag aan het begin van de avond op de televisie en noemde de staking „een beschamende vertoning en een verpletterende mislukking.” Na een adembenemende tirade over een vermeend gebrek aan vaderlandsliefde in kringen van de oppositie, verzekerde Chávez dat hij onder geen beding vervroegd zal aftreden. Het mandaat van de Venezolaanse president duurt tot 2007.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer