Burgemeester Kampen wil twee coffeeshops toestaan
Burgemeester J. Oosterhof van Kampen wil de vestiging van twee coffeeshops in de Overijsselse stad mogelijk maken. Dit druist in tegen het beleid van zijn voorganger H. Kleemans, die geen enkele coffeeshop wilde toestaan en beweerde dat Nederland met coffeeshops „blowend ten onder gaat.”
Oosterhof wil met legale coffeeshops voorkomen dat jongeren op illegale wijze softdrugs kopen en daardoor eerder in aanraking komen met harddrugs. Nadat politie, justitie en de GGD hebben gereageerd op het voorstel, komt het aan de orde in de gemeenteraad. Of de lokale politiek instemt, noemt de burgemeester ’koffiedik kijken’. „Het is niet helemaal kansloos.”
Nu wordt in Kampen gedeald vanuit woonhuizen, een kelder in de binnenstad, op straat en een enkele keer vanuit een horecagelegenheid. „Daardoor is een goed zicht op de softdrugmarkt en softdruggebruik niet mogelijk”, aldus de burgemeester
Kleemans, burgemeester van Kampen van 1978 tot en met 1999 voerde een kruistocht tegen legale verstrekking van softdrugs. In een reactie noemt hij de redenatie van Oosterhof vrijdag ’volslagen nonsens’. „In coffeeshops wordt spul verkocht, dat is bijna harddrugs. Het is niet meer zoals in de flower-powertijd een stickie roken met een glaasje limonade erbij.”
Volgens Kleemans stimuleren coffeeshops misdaad en criminaliteit. „Nederland is het doorvoerland voor alles wat met criminaliteit te maken heeft: drugs, vrouwenhandel, illegaal geld. We hebben met ons gedoogbeleid veel ellende veroorzaakt in de wereld. Hier moet paal en perk aan worden gesteld.” Kleemans is ervan overtuigd dat de Kamper politiek de komst van coffeeshops niet zal toestaan.