Economie

Ghana wil oliegeld eerlijk verdelen

Voor de kust van het West-Afrikaanse land Ghana zijn grote hoeveelheden olie aangetroffen. De Ghanese regering beweert dat iedere Ghanees zal profiteren van de extra inkomsten van miljoenen euro’s per dag. Dat zou een unicum zijn in Afrika.

Nico van den Berge
8 May 2008 09:28Gewijzigd op 14 November 2020 05:49
ACCRA - President John Kufuor van Ghana: „In plaats van dat het een zegen is, luidt de ontdekking van olie nogal eens de ondergang in van naties waar dit kostbare goedje in de bodem wordt aangetroffen.” Foto EPA
ACCRA - President John Kufuor van Ghana: „In plaats van dat het een zegen is, luidt de ontdekking van olie nogal eens de ondergang in van naties waar dit kostbare goedje in de bodem wordt aangetroffen.” Foto EPA

Maandag werd het bedrijf Tullow Oil ruim een miljard euro meer waard. De exorbitante prijsstijging van de aandelen van deze Amerikaans-Canadese olieproducent had plaats nadat het bedrijf bekendmaakte dat een proefboring voor de kust van Ghana aantoonde dat een olieveld veel groter blijkt te zijn dan aanvankelijk gedacht.Maandagmorgen gaf Tullow Oil een verklaring uit waarin staat dat in het Jubileeolieveld voor de kust van Ghana een proefboring was uitgevoerd om vast te stellen of aan de veronderstelde grens van de oliebel een winbare hoeveelheid gas was. In plaats van gas werd olie aangeboord. De vondst betekent dat de oliebel minstens 600.000 en mogelijk zelfs 2 miljard extra vaten olie bevat.

De hoogste baas van Tullow Oil, Aiden Heavey, zei dat niet alleen hij verguld was met de nieuwe olievoorraden. „De Ghanese regering heeft aangegeven dat ze verheugd is dat deze olie nu pas is ontdekt en niet dertig jaar geleden. Ghana heeft ervaringen van olievondsten in andere landen gebruikt om wetgeving en procedures te ontwikkelen die ervoor zorgen dat de Ghanese bevolking meeprofiteert van de olie-inkomsten.”

Tijdens een internationale bijeenkomst van mijnbouwondernemingen in maart gaf president John Kufuor van Ghana al aan dat hij weet dat de ontdekking van olie in Afrika meestal het begin is van sociale onrust. „In plaats van dat het een zegen is, luidt de ontdekking van olie nogal eens de ondergang in van naties waar dit kostbare goedje in de bodem wordt aangetroffen.”

In Afrikaanse landen als Angola, Tsjaad, Kameroen en Equatorial Guinea hebben de vele oliemiljoenen het leven voor de allerarmsten niet noemenswaardig verbeterd. Het bekendste voorbeeld is Nigeria, de grootste olie-exporteur van Afrika. Daar worden 2,5 miljoen vaten olie per dag opgepompt, maar van 2004 tot 2005 zakte het land zeven plaatsen op de ontwikkelingsindex van de VN. Meer dan 70 procent van de 130 miljoen inwoners moet volgens de VN zien rond te komen van minder dan een dollar per dag.

In het zuiden van Nigeria, waar de meeste olie wordt gewonnen, heerst gewapende onrust, doordat groeperingen eisen dat een groter deel van de olieinkomsten in hun gebieden wordt besteed.

Dat is precies wat Ghanese gezagsdragers zeggen te willen voorkomen. De Ghanese regering verwacht in 2010 dagelijks 100.000 vaten olie op te pompen. De productie moet vijf jaar later zijn opgevoerd tot 200.000 vaten per dag. Een dergelijke productie zou Ghana 3 miljoen dollar (bijna 2 miljoen euro) per dag opleveren, oftewel 1,6 miljard dollar per jaar.

Transparency International, de internationaal erkende waakhond tegen corruptie, is er niet gerust op dat het geld goed besteedt wordt. „We kijken met argusogen naar de contracten die de regering tekent met olieproducenten”, zei voorzitter Vitus Azim van de Ghanese afdeling van Transparency International tegen het persbureau IRIN van de VN. „De manier waarop tot nog toe contracten zijn getekend, is onvoldoende transparant. Zolang civilsocietyorganisaties en lokale gemeenschappen niet in een vroeg stadium worden betrokken bij het sluiten van de deals, is de kans groot dat er sociale onrust komt.”

De Ghanese regering overweegt openlijk om haar olie-inkomsten volgens hetzelfde mechanisme over Ghana te verdelen als in Noorwegen. Noorwegen is de op twee na grootste olie-exporteur ter wereld. Het Noorse model houdt in dat alle olieopbrengsten in een fonds worden gestort. Dat fonds wordt beheerd door de nationale bank, die het geld op een veilige manier belegt. De bank huurt vervolgens onafhankelijke managers in die de inkomsten van het fonds besteden. Het geld wordt gebruikt voor zaken als het aanleggen van wegen, onderhoud en bouw van scholen en ziekenhuizen en het verstrekken van leningen aan beginnende ondernemers.

Volgens Azim van Transparency International is het Noorse model het beste voor Ghana. „De belangrijkste pijlers van dit model zijn transparantie en onafhankelijkheid van zowel de oliebranche als de overheid.”

Waarnemers wijzen erop dat in Ghana al meer dan honderd jaar ervaring is opgedaan met de besteding door de overheid van geld dat is verkregen uit de productie van goudmijnen. Dat geld is bij lange na niet allemaal gebruikt voor de ontwikkeling van Ghana. Waarom zou het nu met de te verwachten olie-inkomsten opeens allemaal goed komen? vragen zij zich af.

Regeringswoordvoerder Kojo Kwarteng zei tegen IRIN dat critici niet alleen naar het verleden moeten kijken. „We zijn echt van plan het nu anders aan te pakken. We hebben lessen getrokken uit ons verleden. We hopen dat onze acties tot nog toe Ghanezen ervan overtuigen dat de regering onze enorme olierijkdommen zo wil gebruiken dat iedere Ghanees ervan profiteert.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer