Buitenland

Frankrijk geeft „massaslachtingen” Algerije toe

De Franse ambassadeur in Algerije heeft voor het eerst het woord „massaslachtingen” gebruikt voor een reeks moordpartijen door het Franse leger en de politie op 8 mei 1945 in het stadje Sétif.

Van onze correspondent
7 May 2008 11:03Gewijzigd op 14 November 2020 05:49

Zwart-witbeelden flikkeren dezer dagen op Franse televisieschermen. Beelden die herinneren aan een misdaad waaraan het Franse volk liever niet wordt herinnerd.Terwijl in Duitsland en de rest van Europa het einde van de Tweede Wereldoorlog werd gevierd, protesteerden duizenden Algerijnen bij het stadje Sétif in het noorden van Algerije tegen de Franse overheersing.

Algerije was op dat moment een Franse kolonie. Algerijnse soldaten hadden in Europa zij aan zij met Franse militairen tegen de Duitsers gevochten. In Algerije zelf was tijdens de oorlog het nationaal zelfbewustzijn en de roep om onafhankelijkheid gegroeid.

De menigte liep te hoop bij de kazerne van het Franse leger. Nadat eerst demonstranten die met de Algerijnse vlag wapperden, gericht waren doodgeschoten, gaf de Franse commandant bevel om met machinegeweren op de ongewapende menigte te schieten. Honderden mensen verloren daarbij het leven.

In de daaropvolgende dagen vermoordden opstandelingen ruim honderd in Algerije wonende Europeanen, voornamelijk Fransen. Het Franse leger en de politie namen daarop wraak. Binnen enkele weken werden duizenden mensen gedood, afgelegen dorpen door de Franse luchtmacht gebombardeerd en het stadje Kherrata werd zelfs door een Frans marineschip beschoten.

Het totale aantal doden die tussen 8 en 22 mei 1945 bij de onlusten in Algerije zijn gevallen, is altijd onduidelijk gebleven. Bij een eerste, Frans, onderzoek werd een aantal van 1020 genoemd. Algerijnse bronnen spraken over 45.000 doden. Later gaf Frankrijk toe dat er misschien wel 20.000 mensen waren omgekomen.

In februari 2005 bood de toenmalige Franse ambassadeur in Algerije, Hubert Colin de Verdière, namens Frankrijk excuses aan voor wat hij toen omschreef als een „onaanvaardbare tragedie.” Die woorden waren tot dan toe de meest expliciete benaming van de Fanse regering voor de massaslachtingen.

Nu gebruikt de nieuwe Franse ambassadeur in Algerije, Bernard Bajolet, voor het eerst het woord „massaslachtingen.” Tijdens een spreekbeurt op 27 april in de universiteit van het stadje Guelma zei Bajolet dat Frankrijk niet langer de „verschrikkelijke massaslachtingen” mag ontkennen.

„Terwijl op 8 mei 1945 de wereld de overwinning op het nazisme vierde, vonden verschrikkelijke massaslachtingen plaats in Sétif, Guelma en Kherrata. Hoe hard de waarheid ook is, Frankrijk wil het niet meer verbergen. De tijd van ontkennen is voorbij.”

De kwestie van spijtbetuigingen door Frankrijk over de onderdrukking van Algerije, dat van 1830 tot 1962 een Franse kolonie was, vertroebelt al drie jaar lang de relatie tussen beide landen. Een vriendschapsverdrag dat was voorgesteld door de voormalige Franse president Jacques Chirac en zijn Algerijnse collega Abdelaziz Bouteflika, is nooit ondertekend.

De huidige Franse president Nicolas Sarkozy heeft dat project stopgezet. Hij lijkt nu zijn eigen koers te varen bij het helen van de wonden tussen beide naties. Vijf maanden geleden sprak Sarkozy tijdens een speech in Algerije over „onvergeeflijke daden” die Frankrijk in Algerije had begaan.

De Algerijnse minister van Binnenlandse Zaken reageerde daar destijds op met de woorden: „Een stap in de goede richting, maar nog steeds niet genoeg.” Nu gaat de Franse ambassadeur, namens de Franse regering, dus nog een stapje verder.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer