Politiek

Militairen langer op de Balkan

Het kabinet verlengt de Nederlandse militaire bijdrage van 85 militairen aan de Europese missie in Bosnië-Herzegovina met een jaar tot juni 2009.

Binnenlandredactie
25 April 2008 23:35Gewijzigd op 14 November 2020 05:47

Dat bleek vrijdagavond na afloop van de ministerraad.De Nederlandse militairen worden vooral ingezet voor het verzamelen van informatie over de veiligheidssituatie en de sociale politieke en economische ontwikkelingen in Bosnië-Herzegovina.

De missie zou in juni dit jaar aflopen. De Europese Unie is sinds december 2004 actief met de militaire operatie Althea in Bosnië-Herzegovina. De operatie wordt uitgevoerd door de troepenmacht Eufor. Vorig jaar werd besloten de omvang van de missie terug te brengen van 6000 naar 2500 militairen. In februari werd besloten voorlopig af te zien van verdere afbouw vanwege de situatie in het nabije Kosovo. Althea, de opvolger van de NAVO-missie SFOR, is verantwoordelijk voor de stabiliteit in Bosnië.

Vorig jaar gaf coalitiepartij PvdA aan dit jaar niet automatisch weer akkoord te zullen gaan met een verlenging van de missie. Ook VVD en PVV voelden daar weinig voor. Nederland is langer dan vijftien jaar aanwezig op de Balkan.

De spankracht van Defensie wordt door de vele buitenlandse missies op de proef gesteld, aldus verantwoordelijk minister Van Middelkoop gisteren in een brief aan de Tweede Kamer. Hij reageerde op een rapport van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV), waar hij zelf om gevraagd heeft. Aanleiding was de commotie over het optreden van het Amerikaanse bedrijf Blackwater in Irak. Zowel Nederland als de NAVO-partners huren steeds meer bedrijven in.

Volgens de minister kunnen de taken die nu door ingehuurde bedrijven worden verricht, door Nederlandse militairen worden overgenomen. Maar dan is het huidige ambitieniveau op langere termijn niet haalbaar. Defensie wil de krijgsmacht zo efficiënt mogelijk inzetten, en dan is het inhuren van bedrijven een uitkomst.

In Afghanistan huurt Defensie op grote schaal personeel en materieel in. Een Canadees en een Zuid-Afrikaans bedrijf leveren vliegtuigen voor het vervoer van militairen. Uit Australië komen monteurs voor het Bushmasterpantservoertuig. Voor de catering wordt deels gebruikgemaakt van Amerikaanse faciliteiten, maar ook huurt Defensie ander buitenlands personeel hiervoor in. Helikoptermonteurs komen onder meer uit Frankrijk en de Verenigde Staten. Van Middelkoop noemt hun inzet gewenst. Dat geldt ook voor de inzet van de particuliere Afghaanse beveiligers (ASG) om de buitenste ring van de militaire kampen in de provincie Uruzgan te bewaken. Die doen dat overigens met instemming van de regering in Kabul.

De AIV stelde dat Nederland te afhankelijk is van private militaire bedrijven. De raad vond ook dat er gaten zitten in de mogelijkheid tot rechtsvervolging als deze ingehuurde partijen zich schuldig maken aan misdrijven. Het is niet altijd duidelijk wie aansprakelijk is. Bovendien vond de AIV dat de minister de Tweede Kamer beter moest informeren over het inschakelen van bedrijven.

Op dat laatste punt beloofde de minister beterschap. Over de juridische kant van de zaak is hij het met de AIV eens dat er geen situatie mag ontstaan waarin een ingehuurde dienstverlener ongestraft een misdrijf kan plegen. Maar volgens de minister is daar bij de door Nederland ingehuurde bedrijven geen sprake van. Bovendien kunnen slachtoffers ook een betaling krijgen, als Nederland niet juridisch aansprakelijk is, stelt de minister.

Nederland zal zich echter wel aansluiten bij internationale initiatieven die er zijn om de regels voor het inschakelen van private partners te verbeteren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer