Belle et rebelle
Mooi maar rebels. Dat typeert dé hugenotenstad van Frankrijk. De protestanten zelf zijn er vrijwel weggevaagd, maar La Rochelle blijft een stad die schatten herbergt. Zoals een vergeten vuurtoren. Of een volslanke vis.
De drie torens aan de haven doen het erom. Als het donker is, grijnzen hun contouren je aan tegen de avondlucht. Ze hebben lak aan wat de rest van het land denkt. Het drietal passeren is een hachelijke zaak.Want dit is La Rebelle.
Maar als de zon weer schijnt en de drie hun smalle doorgang prijsgeven, blijkt de achterliggende haven plots een pittoresk oord van vriendelijkheid. Niet voor miljardairs, aldus een reisgids - hun schepen zijn te groot om tussen de torens door te kunnen laveren. De boten die in de jachthaven liggen, zijn van gewone miljonairs. Desondanks fonkelen en schitteren ze.
Ja, dit is La Belle.
En even later, slenterend door de oude binnenstad, blijkt overal dat de grimmige rebel van de nacht en de lieflijke beauty van de dag onlosmakelijk bij elkaar horen.
Geen twijfel mogelijk, dit is La Rochelle.
De Richelieu
Niet voor niets heeft de Zuid-Franse havenstad, zo’n 150 kilometer boven Bordeaux, ervoor gekozen om zich te afficheren met de kreet ”belle et rebelle”. La Rochelle heeft verschillende gezichten. Vandaag de dag is het vooral la dolce vita -het goede leven- en de vrijheid en tolerantie die de populariteit van de stad verklaren. Maar met enige kennis van de geschiedenis duikt een beeld op van het laatste bolwerk van het Franse protestantisme; van de stad die manmoedig standhield tegen de katholieke kardinaal De Richelieu, maar zich uiteindelijk toch overgaf. Voor driekwart van de 25.000 inwoners was het toen overigens al te laat: zij waren door honger een ellendige dood gestorven.
Die vreselijke gedachten laten zich gauw uitbannen in het schitterende stadshart en bij de haven, en toch - ver weg is het bloedige verleden nergens. Staand aan de haven doemt een felrode vuurtoren op, de vuurtoren van De Richelieu. Het is het enige overblijfsel van de versterkte dijk, die de kwade kardinaal in 1627 liet aanleggen nadat de rebelse refo’s de kant van de Engelsen hadden gekozen - nota bene de nationale vijand. „De dijk lag buiten schootsafstand van de stad, zodat de rooms-katholieke legers van de staat geen gevaar liepen”, legt een gids uit. „Tegelijk werd La Rochelle compleet van de buitenwereld afgesloten.”
Het was niet de eerste keer dat de stad heen en weer geslingerd werd tussen Frankrijk en Engeland. „Je mag het niet zeggen waar Fransen bij zijn”, zegt de gids op gedempte toon, „maar dat Bordeaux nu dé wijnstad van Frankrijk is geworden, hebben ze aan de Engelsen te danken. Toen La Rochelle in handen van de Engelsen kwam, hebben de Fransen het besluit genomen de boel te verplaatsten naar Bordeaux.”
Pootjes uitzuigen
Genoeg rebellie. Tijd voor de beauty en -vooruit- een snufje van la dolce vita. Voor dat laatste vormen de talloze restaurantjes in de smalle steegjes een natuurlijke habitat. En wie in La Rochelle is, maakt zich er niet vanaf met een lamskoteletje, hoe mals ook, of een biefstuk, ook al is die driedubbel doorregen. Nee, de havenstad biedt fruits de mer in overvloed.
Wat te denken van verse langoustines? Het prepareren van de zeekreeften valt nog niet mee. Kop met voelsprieten eraf schroeven gaat nog wel, poten loswrikken wordt al een ander verhaal. „De pootjes kun je uitzuigen”, adviseert een tafelgenote. Geen slecht advies, zo blijkt. En ook het lijfje smaakt naar meer, als het eenmaal is gepeld.
Eveneens voor fijnproevers, maar stukken makkelijker te eten, is de maigre, een zeevis die voor de kust van La Rochelle gevangen wordt. Een plaatselijke delicatesse, alhoewel een ingewijde dat bijvoeglijk naamwoord weet te ontkrachten. „Ze kunnen ook van veel verder komen.”
Doorkomende tandjes
De plaatselijke vismarkt ligt in elk geval vol met maigres; en met langoustines ook, trouwens. De vissen doen hun naam niet altijd eer aan: er liggen volslanke exemplaren tussen van meer dan een meter. Een visverkoper wenkt. Met zijn mes snijdt hij behendig de kop van een maigre open. Uit weerszijden haalt hij kleine, keiharde stukjes van een soort parelmoer. „In een babysokje stoppen”, zo beveelt hij het lokale bijgeloof aan. „De pijn bij doorkomende tandjes is zo over.”
Maar eenmaal thuis weigert zoonlief van ruim een jaar de magische stukjes resoluut. Gelijk heeft-ie. Z’n weigering is immers niet alleen een tikje rebels, maar vooral heel protestants. Hij zou uit La Rochelle kunnen komen.
Tips
- De historische binnenstad van La Rochelle laat zich het beste lopend verkennen. Wie meer wil zien doet er goed aan een gratis gele gemeentefiets te halen. ”Les velos jaunes” zijn niet altijd even comfortabel, maar kosten de eerste twee uur niets. Ieder uur extra kost 1 euro. Een identiteitsbewijs moet als onderpand worden achtergelaten. Adressen: Place de Verdun en Quai Valin (bij de oude haven).
Een overzicht van de protestantse geschiedenis van La Rochelle biedt het kleine hugenotenmuseum met bijbehorende protestantse kerk. De plaatselijke toeristische folders hebben er helaas nauwelijks aandacht voor. Adres: Rue Saint-Michel.
Vandaag de dag is La Rochelle vooral bekend van het Aquarium, dat een ware onderwaterbelevenis biedt. Zeer geschikt voor kinderen. Adres: Bassin des Grand Yachts.
Dicht bij het Aquarium is voor de geïnteresseerden de Calypso te bewonderen, het beroemde varende laboratorium waarmee kapitein Jacques-Yves Cousteau veel ontdekkingsreizen maakte en voor het eerst serieus de onderwaterwereld exploreerde. Het schip figureerde in veel films en moet een museum worden, maar ligt al jaren weg te roesten.
Wie lekker wil eten, kan op talloze plaatsen terecht. Bij mooi weer is een terras bij de oude haven aan te raden, bijvoorbeeld Bar André, Place de la Chaîne. Ook de steegjes in de oude stad bieden goede restaurants, zoals L’Aunis, Rue St. Jean du Pérot.
Meer informatie:www.zomerinfrankrijk.nl; www.charente-maritime.org; www.larochelle.fr;
Vrijgevochten stadstaatje
La Rochelle werd gesticht in de tiende eeuw en groeide in de vijf daaropvolgende eeuwen uit tot de belangrijkste haven aan de Europese Atlantische kust, met een levendige handel in vooral wijn en zout.
De stad is vanouds een tikkeltje rebels: in de twaalfde eeuw besloten de inwoners voortaan democratisch hun eigen burgemeester te kiezen. Deze werd dan ook de allereerste burgemeester van Frankrijk.
Rond 1558 gaan de machthebbers van de stad over tot het protestantse geloof. In de daaropvolgende jaren wordt La Rochelle een centrum voor hugenoten, die elders in het land veel minder veilig zijn. Met het Edict van Nantes (1598), ingesteld door de voormalige protestant Henri IV (hij werd rooms-katholiek om koning te kunnen worden), komt er in heel Frankrijk een tijdlang relatieve vrijheid.
De stad, veilig achter de forse muren en torens, groeit uit tot het belangrijkste protestantse bolwerk in de rooms-katholieke staat. In rooms-katholieke ogen krijgt La Rochelle daarmee de allure van een vrijgevochten stadsstaatje. In 1627, als de stad nota bene de kant van de Engelse vijand kiest, vliegt de kogel door de kerk en belegert de oppermachtige kardinaal De Richelieu in eigen persoon -geholpen door een fors leger- de stad. Na een beleg van meer dan een jaar moet burgemeester Jean Guiton zich noodgedwongen overgeven.
De protestantse godsdienst in vrijstaat La Rochelle wordt streng verboden en tevens wordt het de hugenoten verboden om te emigreren. Velen zien desondanks kans te vluchten: tussen 1685 (als Lodewijk XIV het Edict van Nantes intrekt) en 1787 (wanneer er weer meer vrijheid komt) vertrekken duizenden hugenoten vanuit La Rochelle, geholpen door de gunstige ligging aan de kust. Een fors aantal van hen vindt een nieuw vaderland in Nederland.
Voor de herbevolking van La Rochelle worden protestanten van elders geweerd: mensen moeten kunnen aantonen dat hun voorgeslacht al in de stad woonde. Daardoor verdwijnt het protestantse karakter in rap tempo. Vandaag de dag ligt het percentage protestanten op zo’n 2 procent. Dat is vrijwel gelijk aan de rest van Frankrijk. Ter vergelijking: de aanhang van de islam kan in Frankrijk bogen op zo’n 7 procent van het inwonertal.