Advies HHK: Niet in hoger beroep
Het breed moderamen van de Hersteld Hervormde Kerk (HHK) adviseert de gemeenten die betrokken zijn bij de zogenoemde verklaring-voor-rechtprocedure tegen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) niet in hoger beroep te gaan.
Dat blijkt uit een persverklaring van de scriba van de HHK, ds. L. W. Ch. Ruijgrok.Op 25 maart hebben de vijftig gemeenten samen met het synodebestuur een eerste keer overlegd. Het moderamen heeft toen „een aantal principiële en zakelijke gronden aangevoerd” om de rechtsgang te stoppen nadat de rechtbank van Utrecht alle eisen van de hersteld hervormde gemeenten op 12 maart had afgewezen.
Tijdens een tweede bijeenkomst, donderdagavond, heeft de meerderheid van de gemeenten die betrokken zijn bij de rechtszaak verklaard het advies van het synodebestuur op te volgen en geen hoger beroep aan te tekenen. Een aantal gemeenten wil echter nader beraad over de vraag of ze wel of niet doorgaan met de procedure.
Het synodebestuur van de Hersteld Hervormde Kerk besloot in de zomer van 2004 een coördinerende taak op zich te nemen in de rechtszaak tegen de Protestantse Kerk. In het proces vroegen de hersteld hervormde gemeenten de rechter uit te spreken dat zij in mei 2004, bij de totstandkoming van de Protestantse Kerk in Nederland, het recht hadden als hervormde (wijk)gemeenten buiten de PKN te blijven met behoud van de naam ”hervormd” en de kerkelijke goederen. Donderdagavond heeft het moderamen die coördinerende rol weer teruggegeven aan de gemeenten. Het is nu, aldus het breed moderamen van de HHK, aan de gemeenten zelf om te beslissen of ze wel of niet in hoger beroep gaan bij het gerechtshof in Amsterdam tegen de uitspraak van de rechtbank in Utrecht.
Synodepreses ds. D. Heemskerk zei vanmorgen desgevraagd geen namen van gemeenten te willen noemen die nog nader beraad willen. Ook wilde hij niet zeggen om hoeveel gemeenten het gaat. „Wij hebben geadviseerd de procedure te stoppen, ondanks het feit dat al onze argumenten recht overeind blijven staan en we onszelf blijven zien als een principiële voortzetting van de Nederlandse Hervormde Kerk. Het grootste deel van de gemeenten neemt dat advies over. Een aantal gemeenten was niet aanwezig en een aantal wil nader beraad over de vraag of ze wel of niet in hoger beroep gaan. Het is niet aan mij om daar nu verder mededelingen over te doen.”
De hersteld hervormde gemeenten die het advies van het breed moderamen niet opvolgen, hebben nog tot 11 juni de tijd om hoger beroep aan te tekenen.