Armeniërs: Meer druk op Turkije
Nederland zou meer steun moeten geven aan degenen die in Turkije en daarbuiten de Armeense genocide bespreekbaar willen maken.
Ook zou Nederland in het onderhandelingstraject van de Europese Unie over toetreding van Turkije sterker moeten benadrukken dat erkenning van de genocide beslist nodig is om lid te kunnen worden van de EU.Dat stelt de Federatie Armeense Organisaties Nederland (FAON) in een petitie die zij dinsdag aanbood aan de Tweede Kamer. Morgen is het 93 jaar geleden dat in het Ottomaanse Rijk naar schatting 1,5 miljoen Armeniërs werden gedeporteerd en omgebracht. Turkije weigert nog altijd de massaslachting als een genocide te erkennen.
De Tweede Kamer heeft de genocide wel erkend door het aanvaarden van de motie-Rouvoet in 2004. De regering zou die motie echter meer handen en voeten moeten geven, vinden de Armeniërs. Bijvoorbeeld door in het kader van de toetredingsonderhandelingen in EU-verband zwaarder te hameren op het punt van de mensenrechten.
De Armeniërs zetten dinsdag de misvatting recht dat erkenning van het zwarte verleden geen deel uitmaakt van de aan Turkije gestelde toetredingsvoorwaarden. Dat is wel degelijk het geval, benadrukten zij. Minister Bot heeft de Tweede Kamer er destijds op gewezen dat erkenning van de genocide opgesloten ligt in de voorwaarde van het zogeheten ”goede nabuurschap”.
Behalve de petitie bood de FAON de Kamer ook een boek aan, ”De eerste holocaust”, waarin journalist Robert Fisk van de Britse krant The Independent aandacht vraagt voor de volkerenmoord op de Armeniërs.