Buitenland

Terrorisme broeit al langer in Indonesië

Als de bomaanslag op Bali van zaterdagavond definitief het werk blijkt te zijn van een terroristische organisatie, komt dat voor terrorismebestrijders in de regio niet als een verrassing. Indonesië is door omringende landen herhaaldelijk verweten dat het niet optreedt tegen terrorisme.

ANP/AFP
14 October 2002 09:02Gewijzigd op 13 November 2020 23:52

Singapore, Maleisië en de Filipijnen doen er alles aan om het terrorisme binnen hun grenzen te bestrijden, maar worden gefrustreerd door het gebrek aan medewerking van Indonesië. Zo arresteerde Singapore in februari dertien vermeende leden van de terroristische groepering Jemaah Islamiah (JI).

Die groep moslimextremisten, vermoedelijk de Zuidoost-Aziatische poot van al-Qaida, heeft haar basis in Indonesië. De in Singapore opgepakte leden van Jemaah Islamiah zouden bomaanslagen hebben beraamd op Amerikaanse, Britse en Australische doelen in het land. Ondanks de druk van het buitenland op Indonesië om de vermeende leider Abu Bakar Bashir te arresteren, kon hij daar vrij rond blijven lopen.

Bashir zou de geestelijk leider zijn van Jemaah Islamiah. Zelf ontkent hij het bestaan van die organisatie. Hij waarschuwde vorige maand voor een opstand van moslims in Indonesië indien de VS Irak aanvallen. Bashir zei dat ook de Indonesische regering problemen kan krijgen, als die een militaire actie van de Verenigde Staten steunt. „Het effect op president Megawati hangt af van de regering. Als Megawati’s regering Amerika voor 100 procent steunt, dan denk ik dat ze daar last mee krijgt”, aldus de geestelijke.

De Verenigde Staten hebben de afgelopen maanden diverse malen gewaarschuwd voor de dreiging in Indonesië, omdat daar veel strijders van al-Qaida zouden zitten, het terroristennetwerk van Osama bin Laden dat wordt verdacht van de aanslagen van 11 september in de VS. Vorige maand nog was de Amerikaanse ambassade in Jakarta zes dagen gesloten omdat gevreesd werd voor aanslagen door al-Qaida.

Eind september reageerde vice-president Hamzah Haz nog furieus op de waarschuwingen. „Andere landen moeten ophouden met de indruk wekken dat Indonesië een terroristennetwerk herbergt. Anders zouden ze de woede kunnen opwekken van het volk in ’s werelds grootste moslimnatie”, zei hij toen.

Na maanden van officiële ontkenningen heeft een hoge defensiefunctionaris onlangs toegegeven dat zich in Indonesië een beperkt netwerk van al-Qaida zou kunnen bevinden. Die kleine verandering in de officiële houding viel samen met bekentenissen van Omar al-Faruq tegenover Amerikaanse autoriteiten. De Koeweiter heeft lange tijd in Indonesië gewoond tot hij aan de VS werd uitgeleverd. Hij erkende vertegenwoordiger van al-Qaida in Zuidoost-Azië te zijn.

Al-Faruq was degene die het plan onthulde voor aanslagen tegen westerse ambassades in Azië met behulp van autobommen, die moesten plaatsvinden op de eerste verjaardag van de aanslagen van 11 september.

Twee weken geleden kondigde Bashir juridische stappen aan tegen het Amerikaanse tijdschrift Time. Dat had op basis van uitgelekte rapporten van de CIA gemeld dat Bashir nauwe banden heeft met al-Faruq.

Ook Australië maakte zich al geruime tijd zorgen over terrorisme in Indonesië. Minister van Buitenlandse Zaken Alexander Downer zei na de aanslag van zaterdag dat zijn vrees was gevoed door pogingen tot aanslagen van Jemaah Islamiah op Australische, Britse en Amerikaanse doelen, vorig jaar in Singapore.

Downer gaat ervan uit dat Jemaah Islamiah achter de aanslag op Bali zit. Volgens hem staat vast dat die organisatie persoonlijke en financiële betrekkingen heeft met al-Qaida. Dat heeft hij nauwelijks een week geleden gezegd in Maleisië. „De organisatie waar we ons het meest zorgen om maken is de Jemaah Islamiah en we denken dat Bashir een invloedrijke figuur is in die groep”, zei hij toen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer