Dagje folders rapen op de beurs
Drommen scholieren, veel mobieltjes, een massa papier op de grond en een hoop gezelligheid. De eerste aanblik van de donderdag begonnen Studie Beurs 2002 geeft een heftig beeld. Drie dagen slentert de Nederlandse jeugd door de Utrechtse Jaarbeurs op zoek naar de studie, de baan voor het leven. Een leraar: „Als je hier niet goed voorbereid naartoe komt, is het een dagje folders rapen.”
Ze staan er allemaal: universiteiten, hogescholen, particuliere opleidingen, taleninstituten, de IB-Groep voor informatie over de studiebeurs, brancheorganisaties en bureaus die bemiddelen bij studeren in het buitenland. De 300 standhouders bestrijken het hele mbo, hbo en wetenschappelijk onderwijs. Zestien landen geven acte de présence. Wie het sjokken langs de stands zat is, kan op adem komen bij een van de 340 workshops. Genoeg vertier voor een dag, en dat voor 6 euro.
Het platform ”Nederland maritiemland” heeft de wind in de zeilen. Leren voor een baan op het water is weer in. De slogan ”Spetters gezocht” doet het goed. Vooral jongens verdringen zich voor de pakkende video over een zeeschip in zwaar weer. Golven rollen in hoog tempo over het scherm. „Vrijheid en verantwoordelijkheid”, vat ex-zeeman Marinus van Dam de aantrekkelijke kanten van een maritieme baan samen. Zijn pot met pepermunt vindt gretig aftrek.
”Het recept voor een leuke baan” is te vinden in de apothekersstand. „Het imago van de apothekersassistente is niet denderend”, geeft Monique Groothuis toe. „Jongeren denken aan saai en truttig, maar werken in een apotheek is veel meer dan een doosje medicijnen over de toonbank schuiven.”
Om de hoek staat een rij rollators en rolstoelen. ”Wie zorgt er straks voor jouw opa en oma?” Zo te zien niemand: er is geen scholier bij de zorgstand te bekennen.
De echte drukte begint op het plein waar de marine, de luchtmacht, de marechaussee en de politie staan. Harde muziek, felle lampen, een berg stickers en gelikte folders lokken jongeren naar het stoere werk. Wie aan een prijsvraag meedoet, kan een droomvlucht met een F16 winnen. Om het publiek lekker te maken, staat een gevechtstoestel klaar. Zitten maar, achter die stuurknuppel. De opengeklapte cockpit biedt mooi zicht op de slogan van de politie: ”Dus jij vindt dronken automobilisten bezopen?”
Johan Hamemaaijer, vwo-leerling op het Aqua Marijn College in Vlaardingen, hangt achter een computer. Hij is op de beurs, maar weet allang wat hij wil worden. „Piloot. En als dat niet lukt, ga ik lucht- en ruimtevaarttechniek studeren in Delft.”
”Beleef de spanning” schreeuwt een spandoek over elektrotechniek. Een jolige presentator doet een waar/niet waar-quiz. „De eerste vraag is niet waar”, zegt hij terloops tijdens de uitleg van het spel. „Dat hoort niemand; moet je opletten zo. Daar komt-ie, de eerste vraag: In Athene is het net zo laat als in Utrecht. Waar of niet waar?” Zeker de helft van de spelers gaat bij ”waar” zitten. „Zie je wel”, roept de presentator, „ik zei toch dat het niet waar is. Tot ziens, jullie zijn de zwakste schakel.”
”Succes begint aan de HES” poneert de Hogeschool voor Economische Studies in Amsterdam. In zaal acht draait een workshop over de nieuwe bachelor/masterstructuur op de universiteiten. De belangstelling is minimaal. Karel Labberte van de Rijksuniversiteit Groningen maakt er zich niet druk over. „Jongeren denken niet in structuren. Ze vinden maar één vraag belangrijk: Welke studie moet ik kiezen? Wordt het economie of toch bedrijfskunde?”
Pieternel, Annegreet, Leentje en Adriana, vmbo-leerlingen van het Van Lodensteincollege in Kesteren, vermaken zich best op de beurs. Hoewel. „We lopen op de verkeerde afdeling. Het is hbo hier. We moeten naar het mbo.”
”Sum”, „het grootste landelijke studentenblad”, trekt bezoekers met een lange, hagelwitte Buick. Echt een voertuig voor Elvis Presley, of Pim Fortuyn. Een leukerd heeft op het puntje van de glimmende motorkap een blikje Grolsch gezet.
De Universiteit Brasschaat in Eindhoven is een van de vele particuliere onderwijsinstellingen. College in het Engels en aan het eind van de rit twee diploma’s: een Nederlands en een Amerikaans. Twee allochtone meisjes laten zich informeren.
Arinda Wilbrink uit Beekbergen, tweedejaarsstudente op De Driestar, wil veranderen van studie. Ze vindt de pabo „anders dan verwacht, een beetje oppervlakkig.” Pedagogiek lijkt haar wel wat.
Studeren in het buitenland is een hype. Daarom zien de Universität Erfurt en de Fachhochschule Düsseldorf er brood in om op een Nederlandse onderwijsbeurs te staan. Larenstein, de ’groene’ hogeschool, maakt studenten letterlijk dol door ze rond te draaien in een mallemolen. Rick, havo 4, komt er na anderhalve minuut „een beetje dizzy” uit. „Lachen”, kreunt hij.
Dekaan J. Roeffen van het St. Odulphuslyceum in Tilburg vindt de beurs alleen zinvol als de leerlingen er goed voorbereid naartoe gaan. „Anders lopen ze er verloren bij.” Wie een dagje Studie Beurs wil combineren met de kapper moet bij ROC Utrecht zijn. Leerling-barbiers knippen voor 3 euro elk gewenst model.