Dat stelde de socioloog drs. Wim Dekker zaterdag tijdens een studiedag over het gezin in de Christelijke Hogeschool Ede. Volgens hem is de tijd rijp voor zo’n debat: „De samenleving is uitgekeken op egoïstisch narcisme.”Dekker vindt dat ook kerken aan de bezinning moeten meedoen. Daarbij mag ook nadrukkelijk de vraag aan de orde komen of echtgenoten, ook als er geen sprake meer is van liefde, ter wille van hun kinderen toch niet bij elkaar moeten blijven. Er is meer gerichtheid op de ander nodig. „De heersende gedachte is te veel: Als ik een offer breng voor mijn kinderen, doe ik mezelf tekort”, aldus de socioloog.

In de samenleving geldt volgens Dekker momenteel maar één norm: „Het eigen geluk. Mensen reflecteren voortdurend en stellen zich de vraag: „Maakt de ander mij gelukkig?” De ander moet functioneel zijn voor mijn geluk.” Als dat niet het geval is en partners niet eenzelfde visie hebben op geluk, opvoeding, geld en seksualiteit, scheiden ze in veel gevallen.

De inleider stelde daartegenover dat de mens een relationeel wezen is dat in relaties met anderen tot zijn recht komt. Volgens Dekker is er in de samenleving geen zicht op de „betekenishorizon”; het doel van het bestaan. Het actief promoten van goed burgerschap is volgens hem dringend noodzakelijk.

Als ondersteuning van zijn betoog liet de inleider een stukje uit een televisie-uitzending zien van een huwelijksvoltrekking van een gescheiden vader met twee kinderen. Daarin was duidelijk te zien dat de kinderen moeite hadden met dit tweede huwelijk.

Het viel Dekker verder op dat de ambtenaar van de burgerlijke stand nauwelijks betekenis gaf aan de waarde van het huwelijk: „Waarvoor trouwen we? We weten het niet meer. We weten niet meer wat een goede opvoeding is, wat goede gezinnen zijn. Dat is het grootste probleem van de Nederlandse samenleving.”

Minister Rouvoet voor Jeugd en Gezin, die tijdens de studiedag in Ede ook een inleiding hield, vindt de suggestie van Dekker om een debat te starten over plichten „een goed idee.” Volgens de bewindsman zijn daarover reeds afspraken gemaakt in het coalitieakkoord van CDA, PvdA en ChristenUnie.

Rouvoet herhaalde zijn opvatting dat het voornemen om in te grijpen in gezinnen waar de opvoeding uit de hand dreigt te lopen, niet strijdig is met het beginsel van soevereiniteit in eigen kring. „De overheid mag ingrijpen in een andere kring als deze in nood is. Bovendien moet de ingreep tijdelijk zijn. Het doel is dat ouders hun opvoedtaken weer zelf op zich nemen.”