Aboutaleb houdt voet bij stuk
Staatssecretaris Aboutaleb van Sociale Zaken blijft bij zijn voornemen om de sollicitatieplicht voor alleenstaande ouders met jonge kinderen voor een duur van maximaal zes jaar te schrappen.
Met een wetsvoorstel hiertoe, dat nog dit jaar zal worden ingediend, voert de PvdA-staatssecretaris een afspraak uit die staat opgetekend in het coalitieakkoord van CDA, PvdA en ChristenUnie.Nu mogen gemeenten nog zelf beslissen of ze alleenstaande ouders van jonge kinderen -meestal moeders- vrijstellen van de wettelijke verplichting om te solliciteren. De oppositiefracties VVD en GroenLinks drongen er donderdagavond in een spoeddebat in de Kamer bij Aboutaleb op aan de huidige praktijk in stand te houden.
Volgens hen, maar ook volgens veel gemeenten en sociale diensten, is het aantal bijstandsmoeders met jonge kinderen dat aan de slag is gekomen sinds de invoering van de Wet werk en bijstand (WWB) in 2004 sterk gestegen, vooral door toedoen van de sollicitatieplicht.
„Ontheffing van die plicht lijkt sociaal, maar is feitelijk asociaal”, betoogde VVD-Kamerlid Nicolaï. „Het helpt bijstandsmoeders juist achterop omdat ze nadien moeilijker aan de slag komen en eerder in een sociaal isolement geraken.”
CDA-Kamerlid Spies plaatste echter vraagtekens bij het gesuggereerde verband tussen de daling van het aantal bijstandsmoeders en de sollicitatieplicht. „Zou het niet zo kunnen zijn dat deze jonge moeders zelf al de ambitie hadden om aan het werk te gaan”, vroeg zij zich hardop af.
Volgens Spies betekent opheffing van de sollicitatieplicht bovendien niet dat werken door alleenstaande ouders wordt verboden. „Wij geven echter de voorkeur aan verleiden in plaats van verplichten.”
Ook PvdA-Kamerlid Spekman verwacht met deze methode meer resultaat. Volgens hem zouden er in Utrecht zonder sollicitatieplicht meer bijstandsmoeders aan het werk zijn geholpen dan in Den Haag, waar de plicht tot solliciteren wel geldt.
ChristenUnie-Kamerlid Ortega-Martijn noemde, evenals haar SP-collega Karabulut, het „vreemd” dat iedereen in Nederland ervoor kan kiezen zelf zijn kinderen op te voeden, behalve de vrouwen die het kwetsbaarst zijn.”
In zijn wetsvoorstel, dat overigens nog ingediend moet worden, wil Aboutaleb de sollicitatieplicht voor alleenstaande ouders van jonge kinderen vervangen door een scholingsplicht. Hij verwacht dat bijstandsmoeders hierdoor sneller een goede baan vinden wanneer de vrijstelling verloopt.
Volgens de bewindsman heeft 70 procent van de bijstandsmoeders met jonge kinderen nu geen relevante opleiding voor de arbeidsmarkt en zijn ze daarom oververtegenwoordigd in slecht betaalde baantjes. „Door ze toch verplicht aan het werk te zetten, gaan ze van de ene slecht betaalde baan naar de andere en blijven ze hangen in de armoede. U moet dat niet willen”, stelde de staatssecretaris in de richting van de aanvragers van het spoeddebat.
Aboutaleb noemde de zorg voor jonge kinderen „van onschatbare” betekenis. „Arbeidsparticipatie en economische zelfstandigheid gaan me aan het hart, maar er is iets meer tussen hemel en aarde.”
Kamerlid Van Gent van GroenLinks riep in een uiterste poging de staatssecretaris op om vrouwen „achter het aanrecht” vandaan te halen en niet „thuis te laten blijven bij de kindjes.”
SGP-voorman Van der Vlies herinnerde Van Gent er vervolgens aan dat GroenLinks zich enkele jaren geleden nog fel keerde tegen een gedwongen arbeidsparticipatie van bijstandsmoeders met jonge kinderen. „Dwang was absoluut niet noodzakelijk, redeneerde uw partij toen. Het kon zelfs averechts werken.”
Volgens Van der Vlies lijkt Van Gent met haar opmerkingen de opvoeding van jonge kinderen „nauwelijks” te waarderen. „Terwijl de opvoeding toch de best mogelijke investering is in de maatschappij?”