Beledig niet, maar roep discussie op
Het is jammer dat in de discussie rond de film ”Fitna” de inhoud van haatteksten uit de Koran op de achtergrond raakt, schrijft dr. W. J. P. van Kesteren namens het Beraad van Christenen inzake de islam in een open brief aan PVV-leider Wilders. De Koran is een tweeslachtig boek, dat moslims geïnspireerd heeft tot zowel haat en geweld als tot grote menslievendheid.
Geachte heer Wilders,Als Beraad van Christenen inzake de islam, dat vanuit een Bijbelse visie de islam bestudeert, volgen we met belangstelling hoe Nederland al wekenlang wordt beheerst door een discussie over de vraag naar de effecten van de film die u van plan bent uit te brengen. Wij betreuren het dat in de discussie de mogelijke gevolgen van de film -waarvan vrijwel niemand de inhoud kent- zo centraal zijn komen te staan. Het lijkt erop dat sommigen de verantwoordelijkheid voor het verwachte massale geweld van islamieten bij u als initiatiefnemer van de film willen leggen.
We vinden het erg jammer dat de inhoud van tal van haat en vergaande intolerantie getuigende teksten in de Koran en de eeuwenlange geschiedenis van geweld in de islamitische wereld uit het oog worden verloren. Daarom achten we het van het grootste belang dat in de film geen enkel fragment voorkomt dat met recht als belediging kan gelden. Dan kan de inhoud van de vele haatteksten in de Koran weer centraal komen te staan in de discussie.
In het publieke debat zien we enerzijds het kamp van de top van het CDA met Balkenende, Verhagen en Van Geel, die eigenlijk de film zouden willen verbieden als er maar een klein juridisch gaatje voor zou zijn te vinden. Anderzijds is er het kamp van hen die uit afkeer van de islam beledigingen op de koop toe nemen.
Tweeslachtig
Bij deze polarisatie dreigt het gezonde oordeel van een ruime meerderheid van het Nederlandse volk uit het oog te worden verloren. Die ruime meerderheid wil geen verbod van de Koran, wil niet dat die een fascistisch boek genoemd wordt en wil dat boek ook niet verscheuren, maar is ook zeer bezorgd over de toenemende invloed van de islam in Nederland. Laat ieder dat boek maar goed lezen. Dan weet men genoeg.
U hebt als elk mens de morele plicht elke aanval op de waarheid af te slaan. Dat de meeste mensen die morele plicht overboord gegooid hebben, mag geen reden zijn om u bij het uitoefenen van die plicht te dwarsbomen. Maar u dient wel voor ogen houden dat de Koran een tweeslachtig boek is. Gruwelijk en gewelddadig enerzijds, poëtisch anderzijds.
Tegen de Koranvolgers die de gruwelijk gewelddadige verzen eruit lichten om ze meedogenloos toe te passen, kan niet genoeg in het geweer gekomen worden. Alleen zo kunnen herhalingen van beestachtigheden als de afslachting van 70 tot 90 miljoen hindoes door in India binnenvallende moslims voorkomen worden. (Deze cijfers zijn afkomstig uit ”Growth of Muslim Population in Medieval India” van de Indiase historicus K. L. Lal.)
Anderzijds hebben andere Koranverzen moslims geïnspireerd tot daden van grote menslievendheid. Wij hopen dat u erin slaagt een objectieve film tot stand te brengen. Nog meer hopen wij dat de moslims over de gewelddadige verzen uit de Koran heen mogen groeien naar een objectiviteit die niet alleen hen, maar alle mensen geldt: „Al wat gij dus wilt dat de mensen u doen, doet gij hun desgelijks; want dat is de Wet en de Profeten” (woorden van Jezus volgens Mattheüs 7:12).
Leefregel
Deze gulden regel komt voor in de Griekse filosofie, in het humanisme en in alle wereldreligies, behalve helaas in de Koran. Wel is er een uitspraak die aan Mohammed wordt toegeschreven: „Niemand van jullie is een gelovige tenzij hij zijn naaste toewenst wat hij zichzelf toewenst.” Moge die leefregel door de moslims worden geïnterpreteerd zoals Jezus Christus het bedoelde: de naaste is elk mens, hoe ook, waar ook, niemand uitgezonderd.
Laten dan ook alle niet tot gewelddadigheid neigende moslims zich regelmatig en duidelijk distantiëren van de talloze teksten vol haat die in hun Koran staan. Dat zou de hoognodige duidelijkheid scheppen.
Hiermee hebben we ook duidelijk gemaakt dat een grondig nadenken over de islam vanuit een Bijbelse visie, waarvan het Beraad van Christenen blijk gegeven heeft in de vorm van een brochure, zeer gewenst is.
Wij wensen u wijsheid en sterkte toe in deze crisisachtige dagen.
De auteur is secretaris van het Beraad van Christenen inzake de islam.