Kerk & religie

Zorg over verloren idealisme in kerk

Mensen zijn nauwelijks te porren voor idealen buiten de eigen kring, constateert dr. Greetje Witte-Rang. „Ik ben verbijsterd hoeveel mensen het tv-programma ”Boer zoekt vrouw” kijken, ook in de kerken; maar ze hebben geen tijd voor een bijeenkomst rond kerk en samenleving. Het consumentisme en individualisme slaan ook in de kerken toe.”

K. van der Zwaag
18 March 2008 09:43Gewijzigd op 14 November 2020 05:38
UTRECHT – Dr. Greetje Witte Rang: „Veel kerkmensen worden meegezo gen door het consumentisme. Ik vind dat de kerken gelovigen veel meer moeten toerusten voor wat in de samenleving gebeurt.” Foto Dick Vos
UTRECHT – Dr. Greetje Witte Rang: „Veel kerkmensen worden meegezo gen door het consumentisme. Ik vind dat de kerken gelovigen veel meer moeten toerusten voor wat in de samenleving gebeurt.” Foto Dick Vos

Witte-Rang (1954) promoveerde afgelopen vrijdag in Utrecht op een proefschrift over de econoom en oecumenicus prof. dr. H. M. de Lange (1919-2001). „Hij was een symbool van een generatie in de kerk die vol idealisme werkte aan een betere samenleving.”Harry de Lange werd op 2 maart 1919 geboren in een onkerkelijk gezin. Op 19-jarige leeftijd sloot hij zich aan bij de Remonstrantse Broederschap. Harry studeerde economie maar begaf zich al snel op het snijvlak van economie, samenleving en geloof. Hij had als leermeesters Tinbergen, Visser ’t Hooft, Banning en Beyers Naudé en was PvdA’er in hart en nieren. Binnen zijn partij benadrukte hij het belang van principiële doordenking van maatschappelijke problemen.

De Lange werkte samen met econoom Tinbergen bij het Centraal Planbureau. Hij raakte betrokken bij de Wereldraad van Kerken, die hij vanaf de oprichting in 1948 meemaakte en volgde. Zijn proefschrift ”De gestalte van een verantwoordelijke maatschappij” (1966) was een toetsing en toepassing van het gelijknamige concept bij de Wereldraad.

De Lange was directeur van het Interuniversitair Instituut Normen en Waarden in de Samenleving. Hij richtte het Multidisciplinair Centrum voor Kerk en Samenleving (MCKS) op en was van 1981 tot 1984 hoogleraar toegepaste sociale ethiek aan de theologische faculteit van de Universiteit Utrecht. Van 1952 tot 1993 maakte hij deel uit van de sectie sociale vragen van de Raad van Kerken. In de Hervormde Kerk was hij actief in de raad voor overheid en samenleving. Samen met B. Goudzwaard ontwikkelde hij de gedachte van ”de economie van het genoeg”. „Beiden benadrukten het karakter van het geroepen zijn van de mens, diens verantwoordelijkheid tegenover God en medemens om recht te doen.”

Ontmoeting

Witte-Rang ontmoette De Lange regelmatig in diverse (para)kerkelijke verbanden. Zij werkte onder meer bij Oikos, het Oecumenisch Instituut voor Kerk en Samenleving, en was actief op het terrein van geloof, ethiek en economie, waarover zij veel publiceerde. Tijdens een afscheidsreceptie van De Langes vriend Goudzwaard in 1999 kwam zij op het idee een proefschrift aan De Lange te wijden. De Lange was toen vanwege zijn ziekte al niet meer actief. Het resultaat is een ruim 600 bladzijden tellend werk: ”Geen recht de moed te verliezen. Leven en werken van dr. H. M. de Lange (1919-2001)” (uitg. Boekencentrum, Zoetermeer).

Dr. Witte-Rang typeert De Lange als een volksopvoeder, iemand met een hartstochtelijk verlangen naar gerechtigheid. „Vanaf zijn toetreding tot de kerk was hij een gegrepene, die opriep tot getuigenis en een actieve maatschappelijke opstelling, maar ook teleurgesteld was over de verslapping van de oudere leden van de kerk.”

Zijn invloed was groot als aanjager, inspirator, netwerker en initiatiefnemer. Hij timmerde aan de weg in Europa en de internationale oecumene. „Hij wilde mensen winnen voor het werk aan een betere wereld. Daarvoor was organisatie en onderwijs nodig. Hij inspireerde niet alleen, maar legde ook voortdurend relaties tussen mensen, organisaties en initiatieven.”

Het proefschrift is dan ook meer dan een weergave van een persoon; het geeft een beeld van een periode. Het verwoordt het idealisme van de kerk na de Tweede Wereldoorlog. Dr. Witte-Rang: „Er was een grote gedrevenheid bij heel wat mensen, een verlangen naar vernieuwing en doorbreking van de hokjesgeest. Dat enthousiasme heeft het hele leven van De Lange gestempeld. Hij riep ieder mens die hij tegenkwam op iets te doen, wat mensen soms ging irriteren. Met de Joodse filosoof Levinas was zijn overtuiging: God kennen is weten wat je te doen staat. Hij schaamde zich ook niet lastig gevonden te worden. Hij ging gewoon door.”

De Lange was geschokt door de armoede die hij in India tegenkwam. „Armoede was volgens hem het bederf van de samenleving. Zijn vrienden in India adviseerden hem niets aan bedelaars te geven omdat er anders de volgende dag twee keer zo veel voor de deur zouden staan. Die armoede maakt dat je bijna gedwongen wordt mensen als vliegen te gaan zien die je van je af moet slaan. Mensen worden dan niet meer als mensen geacht. Dat raakte hem diep en motiveerde hem tot een levenslange strijd tegen de armoede.”

Veel verdwenen

Veel van het idealisme in de kerken is verdwenen, constateert de promovendus. Het MCKS is inmiddels opgeheven, Kerk en Wereld bestaat niet meer in zijn vroegere vorm. „De aandacht voor de wereldwijde oecumene in de kerk is geringer dan ooit. De Raad van Kerken krijgt steeds minder morele en materiële steun van de lidkerken. Deelname aan werk- en actiegroepen is sterk afgenomen, binnen en buiten de kerken. Individualisering en verbrokkeling geven steeds minder kans op een georganiseerde daadwerkelijke inzet voor verandering. Dat was bij De Lange heel anders. Hij stopte 100 procent van zijn tijd in zijn werk en hij verwachtte dat ook anderen even enthousiast waren.”

Witte-Rang mist momenteel de nauwe binding van geloof en maatschappelijke betrokkenheid binnen de kerken. Zij vindt dat haar eigen kerk, de Protestantse Kerk in Nederland, te zeer naar binnen is gericht, en vergeten lijkt te zijn dat je alleen kerk kunt zijn in het gesprek met anderen. „Alsof met de vorming van de PKN de oecumene voltooid is. De kerk is te veel meegegaan met het marktdenken en het moderne managementdenken, ook in de eigen organisatiestructuur. Het gemiddelde kerklid is nog nooit zo rijk is geweest, en toch zie je dat veel diaconieën het moeten hebben van geld dat in het verleden bij elkaar is gebracht door mensen die het veel slechter hadden dan wij nu. Veel kerkmensen worden meegezogen door het consumentisme. Ik vind dat de kerken de gelovigen veel meer moeten toerusten voor wat in de samenleving gebeurt.”

Gevoel van weemoed? Witte-Rang: „Volgens De Lange heb je daartoe niet het recht. De Lange zelf liet zich niet desillusioneren. Toen hij ziek was, vroeg iemand hem eens of hij niet in de put zat. „Als het zou helpen, zou ik zeker in de put zitten”, antwoordde hij. Dat antwoord typeerde hem.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer