Schouderklopjes landen verschillend
TILBURG - Sociale steun van collega’s doet iedereen goed. Maar een vrouw met een gezin reageert anders op een figuurlijk schouderklopje van de baas dan een man met een gezin.
Dat concludeert arbeids- en organisatiepsycholoog Geertje van Daalen in haar proefschrift ”Social support, does it make a difference?”, waarop ze vrijdag promoveert aan de Universiteit van Tilburg.De combinatie van werk en gezin is voor veel mensen een stressfactor, en Van Daalen -werkzaam bij OSA, Institute for Labour Studies, een onderzoeksinstituut verbonden aan de Universiteit van Tilburg- onderzocht in hoeverre sociale steun, zowel op het werk als thuis, effect heeft op die stress en op de gezondheid bij mannen en vrouwen. Ze deed verder onderzoek naar de vraag of het uitmaakt wie de steun geeft en wat voor invloed een werk-thuisconflict van de ene partner heeft op de andere.
Waarom koos u dit onderwerp?
„Ik raakte er in 2000 in geïnteresseerd, toen relatief veel vrouwen arbeidsongeschikt raakten. Bij mannen zag je dat minder. Ik dacht: Komt dit nu omdat vrouwen werk en privé meer combineren dan mannen? Zorgtaken en het huishouden komen nog steeds voor het leeuwendeel op vrouwen neer. Ligt het nu hieraan, dacht ik, of heeft het al dan niet arbeidsongeschikt worden ook te maken met de steun die je krijgt uit je omgeving?
Uit de literatuur blijkt al langer dat sociale steun goed is voor de gezondheid. Als die goed is op het werk en er raken toch meer vrouwen uit de running, dan heeft die steun misschien op een andere manier effect.”
Onder welke beroepsgroepen deed u onderzoek?
„Ik heb een vragenlijst ontwikkeld voor een panel van CentERdata, een instituut dat verbonden is aan de universiteit van Tilburg. Het panel bestaat uit 2000 huis houdens die iedere week een vragenlijst invullen. De ene keer kan die gaan over gezondheid, de andere keer over auto’s, heel divers. De mensen die mijn lijst invulden, komen uit allerlei beroepsgroepen en delen allemaal een huishouden met een partner. Daarnaast heb ik een studie uitgevoerd onder 1008 werknemers uit de geestelijke gezondheidszorg, voor het deel in mijn onderzoek over de relatie tussen emotionele uitputting en thuis-werkconflict.”
Wat zijn de belangrijkste conclusies?
„Sociale steun is gunstig voor iemands welzijn, ongeacht of die persoon een werk-thuisconflict ervaart. Dus of je nu veel of weinig conflicten hebt, de steun van anderen is gezond. Dat geldt zowel voor mannen als voor vrouwen. Maar het maakt wel uit van wie de steun komt. Bij vrouwen heeft de steun van collega’s een gunstig effect op de gezondheid, terwijl dat bij mannen niet zo is. Voor de laatsten hebben meelevende collega’s een goede uitwerking op het werk-thuisconflict. Bij vrouwen gaat dat niet op: hun conflict blijft ongeveer even groot, terwijl door de steun van een leidinggevende het conflict toeneemt. Verder blijkt een thuis-werkconflict -dat speelt als iemand zijn privéproblemen meeneemt naar het werk- bij te dra gen aan emotionele uitputting. Niet alleen stress op het werk heeft dus invloed op een burn-out; moeilijkheden van thuis spelen ook mee.”
Hoe kan een werk-thuisconflict bij vrouwen groeien door steun van de leidinggevende?
„Ik heb niet onderzocht hoe dit komt, maar ik heb wel een idee. In sociale steun zit een aanname van wederkerigheid. In mijn steekproef werken bijna alle vrouwen parttime, en ik stel me voor dat een begripvolle baas zegt: „Ga jij maar naar huis, naar je zieke kind, ik zorg wel dat het werk afkomt.” Hij doet iets voor je; jij wilt iets terug doen. Je wilt een andere keer langer werken, maar je moet ook je kindje van school halen… De fulltime werkende man werkt gewoon vijf dagen en heeft meer mogelijkheden om daadwerkelijk wat terug te doen.”
Wat betekent uw onderzoek voor de praktijk?
„Nederlandse bedrijven kennen genoeg faciliteiten om werk en privé te combineren, denk aan deeltijdwerk, flexibele werktijden, thuiswerken. Uit dit onderzoek blijkt dat steun niet per se de vorm van een faciliteit hoeft te hebben. Gewoon contact met collega’s op het werk is ook belangrijk voor het welbevinden. Er zijn bazen die het vervelend vinden als ze collega’s met elkaar zien staan praten, maar zulke contacten houden mensen dus wel gezonder. Niet alleen het formele, maar ook het informele overleg op het werk is van groot belang.
Verder: veel bedrijven zijn bezig met het diversiteitsvraagstuk. Voor leidinggevenden is het belangrijk te weten dat mannen en vrouwen verschillend reageren op dezelfde steunbetuiging.”