VS hekelen China inzake handhaving burgerrechten
WASHINGTON - China schendt volgens de Verenigde Staten op grote schaal de mensenrechten. Dat staat in een dinsdag verschenen rapport van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. China is volgens dat rapport een autoritair land dat zijn volk mensenrechten ontzegt, journalisten en buitenlandse hulpverleners lastigvalt en gevangenen martelt.
Hoewel snelle economische groei veel sociale veranderingen teweeg heeft gebracht in China, komt het land nog steeds voor in het jaarlijks verschijnende Amerikaanse rapport. Het rapport vermeldt martelingen met stroomstokken, ketens, vuistslagen en andere mishandelingen. Een Chinese gevangene getuigde van de „tijgerbank”, een martelwerktuig dat de benen zo ver kan buigen dat ze breken.Het rapport doet verslag van de toewijding van sommige ambtenaren aan het uitvoeren van de eenkindpolitiek van China. Sommige Chinezen werden tot verhuizen gedwongen om plaats te maken voor projecten voor de Olympische Spelen in augustus, zeiden ze in gesprek met de onderzoekers.
„Het jaar 2007 kende een verhoogde activiteit om internet te controleren en te censureren en de regering heeft de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid verder ingeperkt”, aldus het rapport. Journalisten zouden worden lastiggevallen en gevolgd, en gearresteerd of opgesloten worden.
De mensenrechtenorganisatie China Human Rights Defenders bevestigt het beeld dat in het rapport wordt geschetst. Iedereen die bezwaar maakt tegen of petities wil aanbieden aan de regering in Peking wordt gearresteerd, vastgezet en bestraft, omdat hij of zij het „zorgvuldig gecreëerde beeld van een tevreden, modern en florerend China zou ruïneren.”
Condoleezza Rice, de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, zei dat voorvechters van mensenrechten in de hele wereld standhouden, ondanks de moeilijkheden. „Dit document is samengesteld en geschreven vanuit het optimisme dat geen uithoek van de wereld voor altijd aan tirannie is overgeleverd”, aldus Rice.
Overigens hebben de Verenigde Staten China geschrapt van de lijst van ergste schenders van mensenrechten ter wereld. Syrië, Oezbekistan en Sudan zijn toegevoegd. Het ministerie van Buitenlandse Zaken gaf geen motivatie voor de stap om China uit het overzicht van ”zwaarste gevallen” te verwijderen.
Het rapport toont zich tevens bezorgd over de verslechterende mensenrechtensituatie in Rusland en Pakistan. Politieke tegenstanders van de VS als Cuba, Iran, Zimbabwe en Syrië staan in het rapport te boek als „mishandelaars.” De mensenrechtensituatie in Sudan wordt als „afschuwelijk” gekwalificeerd.
Ook Noord-Korea komt er niet goed van af in het Amerikaanse rapport. Het land wordt geleid door een absolute dictator en repressieve wetten regelen er het dagelijks leven van de burgers.