Een vreselijk geheim van oude mensen
Titel: ”Van oude menschen, de dingen, die voorbijgaan”
Auteur: Louis Couperus
Uitgeverij: L. J. Veen, Amsterdam, 2008 (6e druk)
ISBN 978 90 204 0863 8
Pagina’s: 328
Prijs: € 19,90.
Het thema van de Boekenweek is dit keer ontleend aan een boek van Louis Couperus: ”Van oude menschen, de dingen die voorbijgaan” uit 1906. Het is geen vrolijk boek. Eigenlijk past het helemaal niet bij de optimistische kijk op de ”derde leeftijd” van honderd jaar later. Louis Maria Anne Couperus wordt geboren op 10 juni 1863 in Den Haag. Hij brengt een deel van zijn jeugd op Java door. In 1878 keert het gezin terug naar Nederland. Couperus volgt de HBS in Den Haag, maar heeft daar geen succes. Hij besluit Nederlands te gaan studeren en behaalt in 1886 de akte Nederlands MO.
Zijn debuut als dichter maakt hij in ”De Gids”, waar hij korte tijd redacteur van is. In 1889 schrijft hij de succesvolle roman ”Eline Vere” en in 1891 trouwt hij met zijn nicht Elisabeth Baud. Van 1893 tot 1914 verblijven zij veel in het buitenland, voornamelijk in Italië en Frankrijk. In die periode schrijft hij onder meer de psychologisch-realistische roman ”Van oude menschen, de dingen die voorbijgaan”.
Hij werkt enige tijd als journalist bij Het Vaderland en de Haagsche Post. Zijn totale oeuvre bevat romans, verhalen, essays en sprookjes. Ondanks de grote publieke belangstelling voor zijn werk, blijft de erkenning vele jaren uit.
In 1923 ontvangt hij de Tollensprijs voor zijn totale oeuvre en in datzelfde jaar overlijdt hij.
”Van oude menschen, de dingen, die voorbijgaan” gaat over de Hagenaars Takma en Steyn de Weert. Een groot, beangstigend geheim verbindt hen. Lang geleden, toen zij nog in Nederlands-Indië woonden, is er een mysterieuze moord gepleegd waarover niemand meer wil praten: „… en de dagen zouden zich slepen, de dingen zouden voorbijgaan… heel langzaam; heel langzaam voorbijgaan.”
Toch komt de oude heer Takma elke dag op bezoek bij de oude moeder van Ottilie de Weert om hun verleden te bezweren. Ze zijn oud, stokoud en straks nemen ze het geheim mee in hun graf, denken ze. Als de zoon van Ottilie, Lot, met de kleindochter van de oude Takma wil trouwen, moeten de oude mensen echter ingrijpen, al willen ze hun geheim niet prijsgeven.
Dan pas wordt duidelijk dat er meer mensen zijn die vele jaren door het geheim aan elkaar zijn verbonden en hoe bepaalde dingen niét voorbijgaan met de tijd.
Couperus behoort tot de grootste Nederlandse schrijvers. ”Van oude menschen, de dingen die voorbijgaan” is psychologisch knap getroffen. Tegelijk is het een zeer seculier boek, ook qua taalgebruik. De romans van Louis Couperus zijn gedrenkt in de gedachte dat het noodlot de doorslag geeft in het leven. In ”Van oude menschen, de dingen, die voorbijgaan” spreekt een van de hoofdpersonages uit: „Er lag als een fatum op hun familie, een fatum van ongelukkige huwelijken.” Dit noodlot blijkt gekoppeld aan een erfelijke familietrek: de zinnelijkheid. Daaruit kwam een passiemoord in Indië voort en vervolgens een groot aantal mislukte huwelijken. Het noodlot is Couperus’ hoofdthema, het blinde lot dat naar de ondergang voert. Dat maakt het lezen niet tot een onverdeeld genoegen.