Bokken
Indien u zegt dat de Heere Jezus als de goede Herder uw herder is, dan moet het teken van een waarachtig schaap op u gedrukt staan. U zou de stem van deze Herder horen en gehoorzamen, u zou Hem liefhebben en aankleven, u zou uw Herder navolgen.Lezers, dit zijn allemaal merktekenen van een geestelijk schaap, maar ik ben voor velen bang dat er tegengestelde merktekenen zichtbaar zijn. Ze kennen deze Herder niet geestelijk, ze hebben geen liefde tot deze Herder, ze zijn niet zachtmoedig en niet verdraagzaam. Alles wat ze zijn, zijn ze voor zichzelf.
Ongelukkige mensen! De vorst der duisternis heeft uw ogen verblind en met valse overleggingen bedriegt gij uzelf. U meent dat de Heere Jezus uw goede Herder is en dat u een schaap van Hem bent, maar het is beide mis. Uw bedrogen hart misleidt u. U bent verstoken van al die liefde, van al die zorg, van al die leiding, van al die tere handelingen die de goede Herder schenkt aan Zijn schapen.
De mensen mogen u hier onder Christus’ schapen tellen en u mag ook nog een merkteken van een schaap dragen in belijdenis en avondmaal. Maar wees ervan verzekerd, als u zo blijft, zult u niet eeuwig bij hen zijn. De tijd nadert dat deze Herder een scheiding zal maken tussen U en Zijn schapen, dan stelt Hij u als bokken aan Zijn linkerhand en de gelovigen als Zijn schapen aan Zijn rechterhand.
W. Eversdijk, predikant te Rotterdam (De heerlijkheid des Messias, 1700)