Halsema vindt het „afschuwelijk” dat het democratisch debat zo vervuild raakt door scheldpartijen. Op haar weblog zei ze afgelopen weekend: „Laat ik nou altijd gedacht hebben dat volksvertegenwoordigers een voorbeeld moeten stellen in wellevendheid en welsprekendheid. En dat het parlement, ons nationaal democratisch forum, zijn gezag en geloofwaardigheid vooral ontleent aan hoogstaand debat, dat wordt gewonnen of verloren op kracht van argumenten.”De GroenLinkser doelt op PVV-leider Wilders en SP-voorman Marijnisssen. Wilders noemde premier Balkenende vorige week een beroepslafaard omdat die de harde toon van de PVV-leider bekritiseerde. Marijnissen zei zaterdag dat hij Wilders levensgevaarlijk vindt omdat hij hele bevolkingsgroepen wegzet. De SP-leider verwees daarbij tot grote ergernis van Halsema naar etnische zuiveringen op de Balkan en in Rwanda.

Ze vindt met Marijnissen dat Wilders elementaire waarden schendt van fatsoenlijke omgang met elkaar. Maar „als je zijn grove stigmatiseringen gevaarlijk vindt, waarom betaal je hem dan met gelijke munt? Waarom draag je zelf bij aan de verspreiding van angst?” zo vraagt Halsema aan de SP’er.

De GroenLinksaanvoerder vindt dat politici een voorbeeldrol hebben. „Je oogst wat je zaait. Mensen kijken naar ons, ze projecteren hun verlangens en idealen op ons en verwachten dat wij kunnen helpen hun dagelijkse problemen op te lossen. Als mensen woedend met de rug naar elkaar toestaan, zoals in het debat over de islam te veel het geval is, dan helpt het niet als wij dat ook doen. Dan kan het juist erger worden.

Juist als de problemen groot zijn en de tegenstellingen onverzoenlijk, komt het op een democratische houding aan. Als extremisme -links, rechts of religieus- de bedreiging is waaraan we blootstaan, dan moeten rede en redelijkheid het antwoord zijn.”