EP vraagt aandacht voor gezinsbeleid
STRAATSBURG - Het Europees Parlement vindt dat het geboortecijfer in de EU omhoog moet en dringt er daarom op aan een „materieel en psychologisch” gezinsvriendelijke omgeving te creëren. Het wijst op de noodzaak meer geld in te zetten voor jonge kinderen en grote gezinnen.
Deze opstelling sluit aan bij uitlatingen van minister Rouvoet (Jeugd en Gezin) in een kranteninterview eerder deze week. De bewindsman van de ChristenUnie brak met het oog op de kosten van de vergrijzing een lans voor een discussie in Nederland over bevolkingspolitiek.In een donderdag in Straatsburg aanvaarde resolutie spreekt het EP zijn zorg uit over de demografische ontwikkeling. Naar verwachting zal er richting 2050 in Europa een sterke veroudering van de bevolking optreden, met een stijging van de gemiddelde leeftijd van 39 naar 49 jaar. Als deze prognose uitkomt, heeft dat ernstige negatieve gevolgen voor onder andere het concurrentievermogen, de economische groei en de financiering van de sociale zekerheid. Anderzijds zal de druk op het milieu afnemen, zo wordt geconstateerd.
Het Parlement merkt het gemiddelde geboortecijfer in de Unie van 1,5 aan als „abnormaal laag.” Als mogelijke oorzaken noemt het problemen bij het combineren van werk en gezinstaken, onzekerheid over de werkgelegenheid en dure huisvesting.
Aan het adres van de EU-lidstaten luidt de oproep maatregelen te treffen om de trend om te buigen. Te denken valt aan uitbreiding van het aantal opvangplaatsen voor kleuters, meer steun voor vrouwen na een geboorte en het verlenen van vaderschapsverlof aan mannen. Het moederschap mag niet een risico betekenen op werkloosheid, armoede en marginalisering. Behandeling van onvruchtbaarheid moet extra aandacht krijgen en de kosten ervan dienen voor rekening van de sociale zekerheid te komen.