Christus is de goede Herder, omdat Hij Zijn verloren schapen opzoekt en de afgedwaalde terecht brengt. Dat is de praktijk van de oprechte herder, die de welstand van zijn kudde bemint. Wanneer hij het verlorene heeft gevonden en het afgedwaalde terecht heeft gebracht, roept hij zijn vrienden en zegt: „Wees blij met mij, want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren was.”Kijk, zulk een goede Herder is nu de Heere Jezus. Zijn grootste werk was hier om zondaren die rampzalig en verloren waren, op te zoeken en zalig te maken. Om de hoofdman te zoeken ging Hij naar Kapernaüm. Om de Kananese vrouw zalig te maken, ging Hij door Tyrus en Sidon en om de Samaritaanse vrouw te zoeken, moest Hij naar Sichar.

O, goede Herder. Is er een christen, die als een schaap van de rechte weg der gerechtigheid door de zonde is afgeraakt, Hij rust niet voordat Hij die afgedwaalde door boetvaardigheid en geloof weer op het rechte spoor en tot de geestelijke schaapskooi heeft gebracht.

O, hoe wenselijk is het dat eenieder die zich uitgeeft voor geestelijk schaap, Hem tot zijn herder heeft. Dat hij in waarheid kan zeggen: „De Heere is mijn Herder.” Maar helaas, velen spreken en zingen „De Heere is mijn herder”, terwijl zij geen grond, noch recht daartoe hebben. Zij zijn geen schapen, maar stinkende bokken.

W. Eversdijk, predikant te Rotterdam (De heerlijkheid des Messias, 1700) * -106.4 d* -106.4 d