"Onthouden Evangelie aan Joden is ook antisemitisme"
Een zeer subtiele vorm van christelijk antisemitisme, die qua uitwerking “desastreus” is. Zo karakteriseerde A. B. Stier, directeur van Stichting Israël en de Bijbel (IB) (Harmelen), gisteren de “vele pogingen om Joden buiten het bereik van het Evangelie te houden.”
Stier hield gisteren in Scheveningen een referaat over “De giftige wortels van het antisemitisme”.De “oude” vervangingstheologie, die claimt dat de kerk de plaats van Israël heeft ingenomen, verwacht geen bekering van Joden, “ervan uitgaande dat zij allen met blindheid geslagen zijn”, zei de IB-directeur. “Maar de nieuwe vervangingstheologie, die ogenschijnlijk veel Joods-vriendelijker is, leert dat de prediking van het Evangelie van Jezus Christus heilzaam is voor de heidenen, maar dat je daar Joden niet mee moet lastig vallen. De woorden van de Heere Jezus tot Zijn volksgenoten, “Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot de Vader, dan door Mij”, zouden niet langer op Israël van toepassing zijn.”
Stier wees in dit verband ook op Romeinen 1:16, "waar Paulus uitdrukkelijk de volgorde van de Evangelieverkondiging leert - die hij zelf ook vasthield: “Eerst de Jood en ook de Griek.” “In de nieuwe vervangingstheologie wordt dit: “Eerst de Griek en níét de Jood.” En Paulus’ “grote droefheid en gedurige smart” als gevolg van de verlorenheid van zijn volk, in Romeinen 9:2, maakt plaats voor euforie over de terugkeer van Joden naar het land.”
Laten we op onze hoede zijn voor allerlei leringen die de verbreiding van het Evangelie onder Israël vervangen door puur menselijke activiteiten, waarschuwde de inleider. “Bij de bedoeïenen is de ergste zonde: weten waar de waterbron is en het verzwijgen. Laten we dus ook waken voor die vorm van antisemitisme, die Joden het Evangelie onthoudt.”
In zijn lezing ging Stier vooral in op de oorsprong en bron van het antisemitisme. “De bron kan alleen verklaard worden vanuit het Woord van God. Immers, de eeuwenlange hardnekkigheid en bitterheid die het antisemitisme eigen zijn, kent zo’n immense omvang, dat elke menselijke verklaring in termen van oorzaak en gevolg ontoereikend is. En daarom komen we al snel terecht bij “de mensenmoordenaar van den beginne” en “de vader der leugen.””
De giftige wortel -enkelvoud- van antisemitisme, is, aldus de IB-directeur, satan zelf. Omdat het volk Israël het beloofde Zaad zou voortbrengen dat hem, satan, de kop zou vermorzelen. Maar “antisemitisme heeft ongetwijfeld ook te maken met de wederkomst van Christus. Zijn komst zal namelijk de inleiding zijn op satans geleidelijke, maar definitieve ondergang. Eerst wordt hij met zijn engelen uit de hemel geworpen; daarna wordt hij voor duizend jaar gebonden, om vervolgens zijn sinistere ‘carrière’ te eindigen in de poel des vuurs.”
Letterlijk betekent antisemitisme “anti-sjem”, oftewel “anti-naam.” Antisemitisme is dus de strijd tegen de Naam, de Naam van God, die Aäron en zijn zonen op de Israëlieten moesten leggen (Numeri 6:27). Stier: “Vanuit dit perspectief is het begrijpelijk dat de tegenstander van God zijn pijlen richt op het volk waaraan Hij Zijn Woord, Zijn beloften en in feite Zijn Wezen heeft verbonden. Hypothetisch gesteld: als satan Gods plan met Israël zou kunnen verijdelen, zou God geen God meer zijn. Maar Israël is onvernietigbaar, omdat de God van Israël onvernietigbaar is.”