Stork zegt Damrak vaarwel
NAARDEN (ANP) – Het industrieel concern Stork verdwijnt dinsdag van de effectenbeurs in Amsterdam waaraan het sinds 1954 is genoteerd. Na een hevige strijd met opstandige aandeelhouders zegt de onderneming die kan bogen op een ruim 170-jarige historie het Damrak vaarwel. Stork wordt overgenomen door de Britse investeringsmaatschappij Candover en daarna opgesplitst.
Begin 2007 trof Stork de grootaandeelhouders Centaurus en Paulson, na een jaar bakkeleien over de strategie, voor de Ondernemingskamer in Amsterdam. De rechter stelde oud-premier Kok, voormalig bestuursvoorzitter Van Lede van Akzo Nobel en ex-bestuurder Dudley Eustace van Ahold aan om een uitweg te vinden in de impasse.„Geen makkelijke klus", aldus Van Lede. „Onze primaire taak was het herstel van een normale relatie tussen de strijdende partijen, want je kunt het je niet veroorloven op voet van oorlog te leven". De Britse investeringsmaatschappij Centaurus en de Amerikaanse branchegenoot Paulson hadden samen bijna een derde van de aandelen Stork in handen.
Volgens Van Lede dachten zowel Stork als beide grootaandeelhouders de supercommissarissen voor zich te winnen „waardoor een twee tegen een situatie zou ontstaan". Stork wilde vasthouden aan de zogeheten drie-pilaren-strategie, waarbij het bedrijf actief zou zijn in technische dienstverlening, de luchtvaartindustrie en het maken van kippenslachtmachines.
De grootaandeelhouders daarentegen wilden dat Stork zich alleen zou richten op de luchtvaart. „De strategie van Stork was niet vol te houden omdat er niet genoeg geld was om alle activiteiten te laten groeien. Het plan van Centaurus en Paulson was te riskant omdat vertragingen in projecten leveranciers en onderaannemers flink kunnen raken".
In juni vorig jaar was er plotseling een andere kaper op de kust: Candover dat een overnamebod bij Stork op tafel legde van ongeveer 1,5 miljard euro. Stork en de grootaandeelhouders zagen hierin een aantrekkelijke uitweg en schaarden zich achter het bod. Ze hadden echter geen rekening gehouden met de IJslandse aandeelhouder LME, die zelf aaste op de overname van het onderdeel Food Systems dat kippenslachtmachines maakt.
Stork werkte al een aantal jaren samen met Marel, de M in LME, dat zelf machines maakte voor de verwerking van vis. LME voerde volgens Van Lede „op roekeloos niveau" zijn belang in Stork op tot ruim 43 procent en wist daarmee de voorgenomen overname door Candover te dwarsbomen. De Britten konden niet meer aan de gewenste 65 procent van de aandelen Stork komen en trokken hun bod in september in.
Ondanks het afketsen van de overname door Candover bleven de hoofdrolspelers met elkaar in gesprek. Na twee maanden onderhandelen werd besloten dat de Britten Stork alsnog overnemen. Tegelijkertijd wordt Food Systems verkocht aan de IJslanders.
Van Lede is niet bang dat Stork door het vertrek van de beurs in de vergetelheid raakt. „Stork is een hele sterke naam. Dat zal zeker zo blijven zolang het bedrijf actief blijft in Nederland".
Stork is ontstaan in 1835 als fabrikant van onder meer stoommachines, ketels en pompen. In 1954 fuseerde Stork met Werkspoor, dat werd opgericht in 1827 met behulp van Koning Willem I en transportmiddelen als locomotieven, bussen en wagons maakten. De onderneming floreerde in de na-oorlogse periode, maar moest in de jaren ’70-’80 noodgedwongen en met overheidssteun de draai maken naar markten voor lichtere industriële productiemiddelen. In 1996 nam Stork onderdelen over van het failliete luchtvaartbedrijf Fokker.
In 2003 trad Vollebregt aan als bestuursvoorzitter van Stork dat was uitgegroeid tot een volgens critici versnipperde onderneming. Vollebregt kondigde aan twee tot drie van de vijf divisies te gaan schrappen. Met die opmerking zette hij een mechanisme in beweging dat een paar jaar later zou leiden tot de overname en opsplitsing van het industrieel concern.