Libanonrapport gunstig voor Olmert
JERUZALEM - De Israëlische premier Ehud Olmert heeft een belangrijke slag tijdens de oorlog met Libanon van 2006 niet verkeerd geleid. Maar in de oorlog zijn wel degelijk fouten gemaakt. Dat staat in het officiële rapport van de commissie-Winograd, dat woensdag is vrijgegeven.
Het 500 pagina’s tellende rapport is aan Olmert overhandigd en stemt zijn medewerkers naar eigen zeggen tevreden. Olmert heeft aan het einde van de Libanonoorlog een verstandig besluit genomen om een grondoffensief te beginnen, aldus het rapport. De strijd in juli en augustus 2006 tegen de radicaalislamitische terreurbeweging Hezbollah als geheel was een „grote en ernstige mislukking.”De beslissingen die Olmert tijdens de oorlog nam, worden in het rapport redelijk genoemd. Oud-rechter Eliyahu Winograd, die de onderzoekscommissie leidde, zei woensdag dat Olmert heeft gedaan wat volgens hem in het belang van Israël was. Dat geldt ook voor de toenmalige minister van Defensie, Amir Peretz.
De militaire leiding, vooral die van de grondtroepen, komt er minder genadig van af. Volgens Winograd schortte er veel aan de inzet van de militairen, hun voorbereiding op het conflict en de implementatie van bevelen.
In Israël werd met spanning uitgekeken naar het eindrapport van de commissie-Winograd. De slotconclusies van de commissie kunnen namelijk grote gevolgen hebben voor Olmert persoonlijk, de politieke situatie in Israël en het vredesproces in het Midden-Oosten. Olmert en de Palestijnen zijn de afgelopen maanden onder druk van Washington besprekingen begonnen, die voor het einde van het jaar in vrede moeten uitmonden. Als het oordeel van de commissie sterk negatief was uitgevallen voor Olmert, had dat mogelijk tot zijn val geleid.
De commissie-Winograd kwam vorig jaar april met een vernietigend interim-rapport, waarna luid om het aftreden van Olmert werd geroepen. Olmerts coalitiepartners voelden daar toen echter niets voor, omdat zijn aftreden alleen de oppositie in de kaart zou spelen.
De Libanonoorlog brak uit op 12 juli 2006, nadat Hezbollahstrijders Israël waren binnengevallen en drie Israëlische soldaten hadden gedood en twee soldaten hadden ontvoerd. Olmert begon de oorlog met brede steun van de bevolking, maar de leider van de Kadimapartij zag daarna zijn populariteit kelderen. In de ogen van velen was Israël er gedurende 34 dagen van oorlog niet in geslaagd zijn militair overwicht uit te buiten. De twee Israëlische soldaten waren niet bevrijd en Hezbollah was niet vernietigend verslagen.
Hezbollah wist zelfs, ondanks een intensief Israëlisch luchtoffensief, bijna 4000 raketten op Noord-Israël af te vuren. Er klonken volop verwijten aan het adres van de regering, met name nadat klachten naar buiten waren gekomen over tegenstrijdige bevelen, ontoereikende uitrusting en tekortschietende training.
De strijd kostte zeker 1000 Libanezen en bijna 160 Israëliërs het leven. Onder de doden aan Israëlische zijde zijn ruim dertig soldaten, die kort voor het staakt-het-vuren in een fel omstreden grondoffensief de grens over werden gestuurd.
De commissie sprak gedurende ruim zestien maanden 74 getuigen. Dit leverde 4000 pagina’s aan verklaringen op. Onder leiding van Winograd zijn tussen de 60.000 en de 100.000 pagina’s deels gevoelige informatie bestudeerd. Behalve Winograd zaten een hoogleraar rechten en een hoogleraar politicologie in de commissie, evenals twee landmachtgeneraals buiten dienst.
Na de verschijning van het interim-raport trokken rivalen binnen Olmerts Kadimapartij meteen diens positie in twijfel. Minister van Buitenlandse Zaken Tzipi Livni riep hem zelfs op te vertrekken.