Aantal Bibob–onderzoeken stijgt
DEN HAAG (ANP) – Het bureau Bibob heeft vorig jaar 263 verzoeken van gemeenten en andere overheden gekregen om een ondernemer door te lichten. Dat is flink meer dan de 158 aanvragen in 2006, liet een woordvoerder van het ministerie van Justitie donderdag weten.
Overheden kunnen sinds 2003 door het bureau Bibob laten onderzoeken of een bedrijf dat een vergunning aanvraagt, die licentie zal misbruiken voor criminele activiteiten. Daartoe hebben de onderzoekers toegang tot doorgaans geheime gegevens van onder meer politie en justitie. Het bureau hoeft geen bewijs voor criminele praktijken te hebben om te adviseren een vergunning in te trekken. Aanwijzingen zijn genoeg.Cijfers over welke overheidsinstanties hoe vaak een Bibob–advies aanvroegen, ontbreken nog. Wel is duidelijk dat de meeste aanvragers gemeenten zijn. Amsterdam is koploper, gevolgd door Maastricht, Rotterdam, Den Haag en Roosendaal. Ook over de aard van de uitgebrachte adviezen is nog niets bekend.
Volgens de zegsman maken grote gemeenten al een aantal jaren gebruik van de Bibob–regels. Nieuw is dat ook kleine plaatsen dat zijn gaan doen. Soms stellen meerdere van deze gemeenten samen één ambtenaar aan die zich met de wet bezighoudt.
Het groeiend gebruik van het bureau Bibob leidt ook tot verzet. Advocaat Ivo Sigmond verdedigde een aantal ondernemers die ermee te maken kregen en richtte onlangs „in een razende driftbui" de website www.bibob.info op. Die moet uitgroeien tot een „kenniscentrum" over de wet.
Volgens Sigmond blijft aan personen die ooit de fout in zijn gegaan voor altijd een smet hangen. Een veroordeling of zelfs maar een vervolging van jaren geleden kan reden zijn een vergunning in te trekken. „We hadden in Nederland het hele mooie beginsel dat je als crimineel een nieuwe kans krijgt. De wet Bibob rekent daarmee af".
Bovendien krijgen ondernemers volgens hem nauwelijks de kans zichzelf fatsoenlijk te verdedigen. Terwijl gemeenten een advies tot hun beschikking krijgen, mogen advocaten het alleen komen inzien en enkele aantekeningen maken. „Het is onwezenlijk dat een ambtenaar op je vingers staat te kijken of je het niet stiekem helemaal overschrijft. Dat is ontzettend ongelijk".
Wat het ook moeilijk maakt de adviezen tegen te spreken, is dat het volkomen onduidelijk is wie ze opstelt en op basis waarvan, aldus Sigmond. Zo staat er nooit een naam onder de rapporten. „Wie maakt ze? Zijn dat ex–rechercheurs, studenten of automonteurs?"