Economie

„Suiker is niet hip, wel feestelijk”

ROOSENDAAL - Suiker mag dan door de toenemende aandacht voor obesitas en gezonde voeding minder populair zijn geworden, bij Van Gilse zijn ze niet uit op een flitsend imago. „Suiker is niet hip, wel feestelijk.”

Ellen van de Beek
29 January 2008 07:27Gewijzigd op 14 November 2020 05:30

Met ijzeren regelmaat stampt de klontjesmachine bij Suiker Unie Specialiteiten -voorheen Van Gilse- in Roosendaal erop los. Het apparaat perst een oplossing van suiker en water tot strakke rijen witte blokjes - 800 kilo per uur, ’regelafstand’ anderhalf. Vers van de pers zijn de klontjes nog vochtig en zacht en daarom duiken ze met z’n allen een meterslange droogtunnel in. Hier staan ze achtereenvolgens bloot aan hete en koude lucht. Dat luistert behoorlijk nauw. „Niet alle water mag verdampen”, zegt manager productie Peter Wijnbeek. „Anders houd je aan het eind weer losse kristallen over.”Vijf grijparmen grissen bij de tunneluitgang de klontjes van de band en plaatsen ze in doosjes. ”Van Gilse Mini”, staat erop. Roosendaal produceert alleen de kleintjes, suikerklonten van groter formaat persen de machines in de Van Gilsevestiging in Puttershoek.

In de fabriek ruikt het -het ligt voor de hand- zoetig. Behalve klontjes maakt Van Gilse hier ook stroop. De vulmachine giet net de variant Butterscotch in flessen. Twee immense strooptanks -Wijnbeek licht het deksel op, een afgrond gaapt- worden schoongemaakt. Twintig ton stroop kan zo’n ketel aan, gemiddeld is een werknemer acht uur zoet met het proces van mengen, roeren, verwarmen en indampen.

Stroop, basterd, poedersuiker - wie heeft er niet iets van Van Gilse in zijn keukenkastje staan? Het merk, onderdeel van kristalsuikerproducent Suiker Unie, is oer-Hollands en heeft een behoorlijke staat van dienst. Vorig jaar vierde het bedrijf zijn 125-jarig jubileum. In 1882 starten de gebroeders Van Gilse met het produceren van kandij; klonten gekristalliseerde suiker die groeien aan katoenen draden in een warme suikeroplossing.

In 1936 krijgt het bedrijf raffinaderijrechten, waardoor het behalve bruine en witte kandij ook witte en bruine basterdsuiker, vloeibare suiker en stroop kan maken. In 1958 nemen de Verenigde Coöperatieve Suikerfabrieken (later Suiker Unie) Van Gilse over en in de daaropvolgende jaren breidt de fabriek haar assortiment verder uit. Inmiddels bestaat dat uit twaalf verschillende soorten, waarvan stroop, basterdsuiker en klontjes de bekendste blijven. Puttershoek verzorgt de droge suikerproducten, Roosendaal neemt vooral de ’natte’ varianten voor zijn rekening.

De klontjesmachine mag dan onverstoorbaar zijn 800 kilo per uur draaien, met de vraag naar suiker en suikerproducten is het anno 2008 niet best gesteld. Suiker is op z’n zachtst gezegd niet hip en torst de negatieve connotatie van dikmaker en gebitsverwoester met zich mee. „De aandacht rond obesitas en diëten blijft actueel”, zegt Richelle van Helten van de afdeling marketing.

Ook vanuit een andere richting rommelt het nogal in suikerland. De Europese Unie is bezig met het saneren van de sector, op last van de Wereldhandelsorganisatie. De deur moet open voor suiker uit de derde wereld en de EU mag haar overtollige suiker niet meer op de wereldmarkt dumpen. Coöperatie Royal Cosun, waar Suiker Unie onder valt, zal minder moeten gaan produceren. Dit jaar levert Cosun al 13,5 procent suikerquotum in, en het is maar de vraag of het daarbij blijft. Deze maand sloot Suiker Unie de deuren van haar fabriek in Groningen.

De ontwikkelingen gaan Roosendaal niet onopgemerkt voorbij, al heeft de recente fabriekssluiting er geen directe gevolgen. „Wij verwerken suiker en krijgen die vooral aangeleverd uit de fabriek in Dinteloord”, aldus Wijnbeek.

Het negatieve etiket dat suiker krijgt opgeplakt, raakt Van Gilse wél. „De suikerconsumptie per hoofd van de bevolking is al jaren stabiel, rond de 32 kilo per jaar”, weet Van Helten „Maar we zijn met z’n allen wel veel minder directe suikers gaan eten en meer indirecte, in levensmiddelen verwerkte suikers. Die verschuiving, daar gaat het om.”

Daarom zet Van Gilse alle zeilen bij om zijn zoete korrels en stropen zo goed mogelijk aan de man te brengen. De aantrekkelijkheid hoeft ’m niet te zitten in gelikte campagnes, wat Van Helten betreft. „Suiker is niet flitsend, ons merk is dat ook niet. We zoeken het in andere dingen. Het prominent vermelden van voedingswaarden op de verpakkingen, bijvoorbeeld.” En het introduceren van een light suiker, vooralsnog om „diverse redenen” alleen verkrijgbaar bij de Jumbosupermarkten.

Suiker is misschien niet hip, maar wel feestelijk, volgens Wijnbeek: „Een pannenkoek met stroop gaat er altijd in. Wat kun je nu beter eten op kinderfeestjes?” Bovendien is het zelf bakken weer populair, zegt Van Helten. „Basterdsuiker is daarvoor een ideaal ingrediënt, die doet het erg goed.” Van Gilse speelt in op de bakherleving door op zijn website bij elk product recepten aan te bieden. Daarnaast beantwoordt de firma vragen van consumenten, bijvoorbeeld over het maken van jam. Soms gaat dat wel erg ver. Van Helten: „Ze verwachten zelfs dat wij lege jampotjes kunnen leveren.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer