Hij werd vorig jaar aan de Universiteit Leiden de eerste hoogleraar op dit vakgebied. Dinsdag houdt hij zijn oratie. De Graaff zei vrijdag zich grote zorgen te maken over het gebrek aan discussie over de gevolgen van terrorismebestrijding. „In bibliotheken en videotheken wordt precies vastgelegd wie wat leent. In andere landen zou daar direct bezwaar tegen komen, maar hier zijn we al snel bereid onze vrijheden op te geven”, aldus de Leidse hoogleraar.Hij vindt dat er een „fundamentele discussie” moet worden gevoerd over „onze burgerlijke vrijheden.” Alleen dan kunnen duidelijke grenzen worden gesteld aan hoe de overheid met persoonsgegevens mag omgaan, aldus De Graaff.

De hoogleraar maakt zich ook zorgen over de aanpak van de overheid, die „niet op daden maar op gedachten” ingrijpt. Hij noemt de arrestaties in Rotterdam op oudejaarsdag een treffend voorbeeld. „Het ging hier slechts om het vermoeden dat dit drietal een terroristische aanslag wilde plegen.”

De Graaff vindt dat de maatregelen die zijn genomen na de aanslagen van 11 september 2001 en de moord op Theo van Gogh tegen het licht moeten worden gehouden. „Ik vraag me af of deze wel werkelijk bijdragen aan de bestrijding van terrorisme”, aldus de Leidse hoogleraar.